streven

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  streven    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• stre·ven

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘zich beijveren’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1276

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
streven	streefde	gestreefd
zwak -d	volledig

Werkwoord

streven

1. inergatief een doel willen bereiken

   • Wij streven naar verbetering van ons eigen record. 

Synoniemen

• [1] gaan, vooruitkomen, vorderen
• [2] beogen, aspireren, ambiëren

Antoniemen

• [1] stilstaan

Hyponiemen

• nastreven, onafhankelijkheidsstreven, opstreven, tegenstreven, voorbijstreven, vooruitstreven, weerstreven, zelfstandigheidsstreven

Afgeleide begrippen

• streefcijfer, streefdatum, streefgetal, streefgewicht, Streefkerk, streefpeil, streefwaarde, strever

Verwante begrippen

• pogen, trachten, zoeken
• moeite doen, zich beijveren, zich inspannen

Anagrammen

• sterven

Vertalingen

    1. een doel willen bereiken   

Duits: streben (de) Engels: strive (en), aim to/for (en) Frans: aspirer à (fr)

Spaans: afanarse (es), esforzarse (es), procurar (es)

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	streven	-
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

het streven o

1. het willen bereiken van een doel

   • Zijn streven naar aanzien kwam hem duur te staan. 

   ▸ 1 dollar voor elke kilometer die ik liep leek me een mooi streven, in de hoop zo 4.286 dollar op te halen.

Synoniemen

• doel, doelstelling, beleid

Verwante begrippen

• aspiratie, bemoeienis

Vertalingen

    het willen bereiken van een doel   

Duits: Bestreben (de) o Engels: strive (for/after) (en) Frans: aspiration (fr) v

Spaans: afán (es) m, aspiración (es) v, procura (es) v

Gangbaarheid

• Het woord streven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "streven" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.