bedrijf
Uiterlijk
- Geluid: bedrijf (hulp, bestand)
- IPA: / bəˈdrɛif / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland, Limburg): /bəˈdrɛɪ̯f/
- (Vlaanderen, Brabant): /bəˈdrɛːf/
- be·drijf
- In de betekenis van ‘beroepswerkzaamheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1293 [1]
- In de betekenis van ‘deel van een toneelstuk’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1704 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bedrijf | bedrijven |
verkleinwoord | bedrijfje | bedrijfjes |
het bedrijf o
- (bedrijfskunde) organisatie, samenspel van mensen en middelen om producten en of diensten te leveren
- De melkfabriek was een bedrijf dat het land voorzag van melkproducten en de melk van de boeren kocht.
- ▸ Een doodgewone veertiger met een eigen bedrijf, twintig jaar getrouwd, vader van drie, die elke zondag het gras maait.[2]
- ▸ Lauritzen & Lauritzen dit behartigenswaardige bouwproject voor het algemeen belang aan zou nemen, kon hun tegelijkertijd een concessie worden verleend op zekere gemeentegrond waar het bedrijf een wooncomplex voor eigen rekening kon bouwen, vooropgesteld dat ze het zelf zouden financieren.[3]
- (economie) een economische eenheid, gericht op het maken van winst
- Het grote bedrijf maakte veel winst zodat de aandelenkoers omhoog ging.
- (juridisch) een zelfstandige rechtsvorm met winstoogmerk
- De notaris stelde de contracten op voor de oprichting van het nieuwe bedrijf.
- (techniek) het in werking zijn van iets
- Na vijf jaren van bouwen werd de nieuwe brug in bedrijf gesteld.
- Met een druk op de knop werd het nieuwe systeem in bedrijf gesteld.
- ▸ Het gaat Jetten om de gevolgen voor het onderwaterleven tijdens de bouw. Vissen en zeezoogdieren kunnen bijvoorbeeld last hebben van het heien. Maar ook als de molens in bedrijf zijn, kunnen er gevolgen zijn voor dieren zoals vogels en vleermuizen, die gehinderd worden door de draaiende wieken.[4]
- (toneel) een deel van een toneelstuk
- In het tweede bedrijf vertelde hij zijn verhaal.
- In bet. 1 en 2. heeft bedrijf vooral een technische betekenis, terwijl bij onderneming de nadruk ligt op het economische aspect.
- [1] onderneming, organisatie
- [2] onderneming, producent
|
1. organisatie, samenspel van mensen en middelen om producten en of diensten te leveren
5. deel van een toneelspel
vervoeging van |
---|
bedrijven |
bedrijf
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedrijven
- Ik bedrijf.
- gebiedende wijs van bedrijven
- Bedrijf!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedrijven
- Bedrijf je?
- Het woord bedrijf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bedrijf" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ 1,0 1,1 "bedrijf" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Weblink bron “Jetten: belang natuur weegt zwaar bij aanleg windpark op zee” (16 mei 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
bedrijf
bedrijf
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bedrijfskunde in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Juridisch in het Nederlands
- Techniek in het Nederlands
- Toneel in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Nedersaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersaksisch
- Woorden in het Veluws
- Zelfstandig naamwoord in het Veluws