am

Niet te verwarren met: Am, AM, a.m.

Universeel taalgebruik

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van “m” (meter) met het voorvoegsel “a” (atto-)

Symbool

am

1. (natuurkunde), (eenheid) symbool voor attometer, een lengte van 10⁻¹⁸ meter

Verwante begrippen

• am², am³

eenheden van lengte
ym • zm • am • fm • pm • nm • μm • mm • cm • dm • m • dam • hm • km • Mm • Gm • Tm • Pm • Em • Zm • Ym pc • kpc • Mpc • Gpc

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  am    (hulp, bestand)
• IPA: / ɑm / (1 lettergreep)

Woordafbreking

• am

Woordherkomst en -opbouw

• [A] (verkorting) van amme
• [B] (verkorting) van  ham zn  "aangeslibd land"
• [C] van Hebreeuws  עַם zn  (am) "volk"

[A]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	am	ammen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

[A] de am v

1. (verouderd) vrouw die het kind van een andere vrouw borstvoeding geeft

Synoniemen

• amme (onverkorte uitspraakvariant)
• min, minne, voedster, zoogster

Zelfstandig naamwoord

[B] de am m

1. (verouderd) stuk aangeslibd land

Synoniemen

• ham (onverkorte uitspraakvariant)

[C]	enkelvoud	meervoud
naamwoord	am	amee amei
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

[C] de am m

1. (Jiddisch-Hebreeuws) volk (alleen in onderstaande verbindingen)

Typische woordcombinaties

• am haärets
• am hoörets
• am Jisraël chai

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Engels

Uitspraak

• Geluid:  am    (hulp, bestand)

Woordherkomst en -opbouw

• erfwoord van Proto-Germaans *immi, *izmi, Indo-Europees *h₁ésmi.

Werkwoord

am

1. ben; eerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd van be

   «I am Jennifer.»

   Ik ben Jennifer.

Noors

Woordafbreking

• am

Werkwoord

am

1. gebiedende wijs van amme

Nynorsk

Woordafbreking

• am

Werkwoord

am

1. gebiedende wijs van amma
2. am

Werkwoord

am

1. gebiedende wijs van amme

Pennsylvania-Duits

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordafbreking

• am

Woordherkomst en -opbouw

• Samentrekking van de Pennsylvania-Duitse woorden an en em (datiefvorm mannelijk en onzijdig) met verval van de 'n" en de 'e"

Voorzetsel

am

1. aan het (met datief)

   «Drauss iss es am schneehe alleweil, awwer wann die Daage laenger warre un’s widder wennich waarm watt, schtaerte die Bauere widder mit ihr Arewet.»

   Buiten is het de hele tijd aan het sneeuwen, maar als de dagen langer worden en het weer een beetje warm wordt, beginnen de boeren weer met hun werk.

Opmerkingen

• Duits: an dem, am
• Engels: wordt vervangen door onvoltooid deelwoord (It's snowing outside all the time, but ...)

Turks

Zelfstandig naamwoord

am

1. vagina
2. kut

Wolof

Uitspraak

• Geluid:  am    (hulp, bestand)

Werkwoord

am

1. hebben

Xhosa

Bezittelijk voornaamwoord

am

1. vorm van -m, verwijzend naar een eerste persoon enkelvoud in bezit van een woord van klasse 6 : mijn

Yucateeks

Zelfstandig naamwoord

am

1. (spinachtigen) spin