aanmaning
Uiterlijk
- aan·ma·ning
- Naamwoord van handeling van aanmanen met het achtervoegsel -ing. [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aanmaning | aanmaningen |
verkleinwoord | aanmaninkje | aanmaninkjes |
de aanmaning v
- het aanmanen
- (juridisch) waarschuwing dat men nog niet betaald heeft, herinnering
- De aanmaning om de belastingen te betalen kwam nadat de deadline verstreken was.
2. Waarschuwing dat men nog niet betaald heeft
- Het woord aanmaning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aanmaning" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ aanmaning op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bezieldheid: niet geanimeerd
- Metadomein: abstract
- Juridisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 97 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %