Ni-uil
Ni-uil | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ni-uil (Trichoplusia ni) | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Trichoplusia ni (Hübner, 1803) | |||||||||||||
Rups | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Ni-uil op Wikispecies | |||||||||||||
|
De ni-uil (Trichoplusia ni) is een nachtvlinder uit de familie Noctuidae, de uilen. De voorvleugellengte bedraagt tussen de 15 en 17 millimeter. De soort komt over vrijwel heel de wereld voor buiten de koude gebieden, maar niet in Australië. Hij overwintert als rups.
Waardplanten
[bewerken | brontekst bewerken]De ni-uil heeft als waardplanten allerlei kruidachtige planten, zoals zeeraket, havikskruid, afrikaantje, kool en tomaat. De soort treedt wereldwijd regelmatig op als plaaginsect.
Voorkomen in Nederland en België
[bewerken | brontekst bewerken]De ni-uil is in Nederland en België een zeldzame trekvlinder, die verspreid over het hele gebied kan worden gezien. De vlinder kent twee generaties die vliegen van mei tot in oktober.
Bt-toxine
[bewerken | brontekst bewerken]De ni-uil en de koolmot zijn de enige insecten die buiten laboratoriumomstandigheden resistentie ontwikkelden tegen Bt-toxine.[1]
- Waring, P. en M. Townsend (2006) Nachtvlinders, veldgids met alle in Nederland en België voorkomende soorten, Baarn: Tirion.
- Ni-uil bij De Vlinderstichting
- ↑ Janmaat, A.F., & Myers, J. 2003. Rapid evolution and the cost of resistance to Bacillus thuringiensis in greenhouse populations of cabbage loopers, Trichoplusia ni. Proc Biol Sci. 270:2263-70.