Ecologie & verspreiding Klein nimfkruid prefereert matig voedselrijke, warme, zonnige, heldere, ± stikstofrijke, stilstaande of zwak stromende en kalkrijke wateren. Ze groeit in kanalen en oude rivierlopen, in meren en plassen, in vijvers en brede sloten. Het oorspronkelijke areaal omvat een aantal delen van Europa en Nederland ligt aan de rand van dat verspreidingsgebied. De eenhuizige soort was vroeger (tot 1904) zeer zeldzaam en na ± 80 jaar weer opgedoken in het Eindhovense kanaal en recent ook in de Brabantse Biesbosch. De reden van haar verdwijnen destijds was vermoedelijk toegenomen vervuiling en eutrofiëring. De breekbare plant is overal fijn getand en heeft 1 mm brede, gekromde bladeren die aan de voet kleine, fijn getande oortjes dragen. De mannelijke en vrouwelijke bloemen staan in de bladoksels, net als bij Groot nimfkruid. De helmknoppen zijn 1 (2)-hokkig in tegenstelling tot de 4-hokkige van Groot nimfkruid en de gevormde zaden hebben een kleinmazig patroon en worden eveneens door watervogels verspreid. Zie ook Groot nimfkruid ! CC-BY-SA 3.0 René van Moorsel, 2014

Ecologie

Bodem
Zonnige, warme plaatsen in helder, matig voedselrijk, kalkrijk, stilstaand of zwak stromend water.

Groeiplaats
Water (kanalen, oude rivierlopen, ondiepe vijvers, meren en plassen).

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Verspreiding

Nederland
Vroeger zeer zeldzaam aan de rand van de dalen van de Maas en de Gelderse IJssel. Voor het laatst gevonden in 1904 bij Apeldoorn, maar na meer dan 80 jaar opnieuw aangetroffen in het Eindhovens kanaal in Noord-Brabant.

Vlaanderen
Zeer zeldzaam of verdwenen in de Kempen. Voor het laatst gevonden omstreeks 1989 (het Goor te Westmeerbeek).

Wallonië
Vroeger bekend van één  plek. Nu uitgestorven.

Wereld
Oorspronkelijk uit Europa. Ingeburgerd in Noord-Amerika en Japan.

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Ecologiebron: Botanisch Basisregister (met aanvullingen)
Biotoopvoorkeur:	voedselrijke wateren
Levensduur:	éénjarig
Levensvorm:	hydrofyt
Bloeitijd:	juli - september

Literatuur
Bruinsma, J.H.P. (1994) Het voorkomen van Najas minor All (Klein nimfkruid) in het Eindhovens Kanaal in 1992 en 1993. Gorteria 20: 18-27 

de Wilde, W.J.J.O. (1964) 6. Najadaceae. Flora Neerlandica : 93-96 

van der Meijden, R. (1994) Nieuwe vondsten van zeldzame planten in 1991 en 1992. Gorteria 19: 117-161 

van Moorsel, R. (2009) Een greep uit de bijzondere vondsten van 2008. FLORON-nieuws 10: 14-14

Pagina's in standaardwerken

Atlas van de Nederlandse Flora 1: 150

Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.: 85

Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.: 106

Nederlandse Oecologische Flora 4: 269

Wilde-Planten.nl: pagina

deze soort in de Zadenatlas van Nederland

Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra

Bladeren De tegenoverstaande bladeren zijn zeer smal, hoogstens 1 mm breed, gekromd en fijn getand. Bladscheden met  aan de voet kleine oortjes. Bloemen Eenslachtig (een bloem met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). Eenhuizig (mannelijke en vrouwelijke bloemen op dezelfde plant). De kleine bloemen groeien in de oksels van de bladeren. De helmknoppen bevatten één  of twee hokken en worden tot 1½ mm lang. Vruchten Een eenzadige dopvrucht of nootje. Elke vrucht bevat maar één  zaadje. De zaden hebben mazen die meer breed dan lang zijn. Ze zijn 2½-3 mm Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Kenmerkenbron: Botanisch Basisregister (met aanvullingen)
Hoogte:	0,10-0,25 m.
Type vrucht:	eenzadige dopvrucht of noot
Kleur van de vrucht:	Onopvallend
Geslachtsverdeling:	éénslachtig, éénhuizig

Atlasblokken met waarnemingen
Het aantal atlasblokken (5x5 km) waarin de soort is gemeld binnen een periode van vijf jaar (vanaf 1980) of twintig jaar. Niet gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en het aantal doorgegeven waarnemingen kan sterk variëren per periode, dus een trend in verspreiding kan hier niet direct uit worden afgelezen. Het opgegeven jaartal is het eerste jaar van de periode. Bron: gevalideerde waarnemingen uit de NDFF.
© FLORON & NDFF

download hoge resolutie