Ecologie & verspreiding Ruw vergeet-mij-nietje is een plant van pioniersituaties op zonnige, meestal open plekken op droge, voedselarme tot matig voedselrijke, niet-zure, meestal kalkrijke, humusarme, enigszins omgewerkte bodems van veelal zand en soms leem, zavel, krijt, löss en grind. Zij doet het goed op plaatsen waar konijnenkeutels en meeuwenpoep ligt. De plant staat in de duinen in open begroeiingen op zuidhellingen, mosrijk duingrasland in droge valleien en bermen. Langs de rivieren groeit het op zandduintjes en zandige dijken. Op de hogere zandgronden staat zij in zandgroeven en aan schelpenpaadjes. In Zuid-Limburg groeit zij op krijthellingen. In Nederland is Ruw vergeet-mij-nietje algemeen in de duinen en elders vrij zeldzaam. De toename van de soort in Nederland is onder meer een gevolg van aanvoer met zand en schelpgruis. Ruw vergeet-mij-nietje is kensoort voor de Fakkelgras-orde, een verzameling van mosrijke en/of grazige plantengemeenschappen die in Nederland langs de gehele Noordzeekust voorkomen op droog, kalkrijk duinzand.
CC-BY-SA 3.0 Niko Buiten, 2020
|
EcologieBodemZonnige, open plaatsen (pioniervegetatie) op droge, voedselarme tot matig voedselrijke, basische, meestal kalkhoudende, vaak humusarme en enigszins omgewerkte grond (meestal op zand, verder op leem, zavel, mergel, löss en stenige plaatsen).
GroeiplaatsZeeduinen (mosduinen), zandige rivierdijken, bermen, langs schelpenpaadjes, akkers (akkerranden), grasland (droog, neutraal grasland, grasvelden en kalkhellingen), langs spoorwegen (spoorwegterreinen), afgravingen (zandgroeven), braakliggende grond, opgespoten grond, muurtjes en rivierduinen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandAlgemeen in de duinen en vrij zeldzaam tot zeldzaam in het rivierengebied en in Zuid-Limburg. Elders zeldzaam tot zeer zeldzaam.
VlaanderenAlgemeen in de duinen. Elders vrij algemeen, maar vrij zeldzaam in de Kempen.
WalloniëVrij algemeen.
WereldIn Zuidwest-Azië, Noordwest-Afrika en Europa, behalve in de meest noordelijke en noordoostelijke delen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLPagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
108Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
470Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
589Nederlandse Oecologische Flora 3:
135Wilde Planten 1:
230Wilde-Planten.nl:
paginadeze soort in de Zadenatlas van Nederland Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels zijn zacht behaard.
Bladeren Zowel de rozetbladeren als de stengelbladeren zijn langwerpig. De stengelbladeren zijn niet gesteeld.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen zijn helderblauw en 2 tot 3 mm groot. De zoom is schotelvormig. De kroonbladen zijn nauwelijks langer dan de kelk. De vaak gekromde vruchtstelen maken een hoek van 60° tot 90° met de as van de bloeiwijze. Ze zijn 1 tot 4 mm lang.
Vruchten Een splitvrucht. De kelk is klokvormig en tot over de helft gespleten in slippen. Het onderste deel heeft haakvormige haren. De nootjes zijn bleekbruin. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.