(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
In het kollektieve geheugen van de nog een beetje historisch bewuste Nederlanders is meestal, naast 1600, de Slag bij Nieuwpoort, (LINK), ook het Rampjaar nog wel bekend, met de tragedie, de echt zwarte bladzij in de Nederlandse geschiedenis, van de waarschijnlijk georganiseerde moord op de broers Cornelis en Johan de Witt. De schutterij van Den Haag trad pas op na afloop en vreemd blijft dat alleen de broers de Witt vermoord zijn, hoe erg dat ook is natuurlijk.
Kort samengevat, zoo hebben de meeste Nederlanders het geleerd, in de jaren '50/ '60, uit Aad's geschiedenisboek :
Willem III, 1675
Stadhouder Willem III speelt ook een prominente rol in ons verhaal over de Geschiedenis van Schotland, klein citaat :Als aanvulling ook nog een citaat uit ons zeer populaire Oranje dames verhaal :
William III and his Mary onderweg naar Engeland
De Nederlandse Vloot stond onder leiding van de Rotterdamse ex-koopman en ex-haringreder Willem Bastiaensz. Schepers.
Over het verzetten van de macht in 1672 in Rotterdam, daarover gaat dit verhaal Rotterdam en het rampjaar 1672
Willem Bastiaensz. Schepers kreeg na het verzetten van de macht in het rampjaar 1672, als vurige Oranje aanhanger een plaatsje in de vroedschap van Rotterdam. In 1673 benoemt Willem III Willem Bastiaensz. Schepers tot luitenant-admiraal.
Uiteraard bracht Willem III de oversteek naar Engeland door op het Fregat Den Briel o.l.v. Vlootvoogd Willem Bastiaensz. Schepers.
Meer dan 14.000 Staatse troepen, aangevuld met verdreven Franse Hugenoten, Engelse en Schotse (ja, ja !!) vrijwilligers (in totaal 21.000 man, 5000 paarden en meer dan 50 kanonnen) werden eind oktober 1688 ingeladen op 400 transportschepen, die begeleid zouden worden door meer dan 50 oorlogsschepen. Deze voor die tijd machtige vloot, groter dan de Spaanse Armada zoo'n 100 jaar ervoor, was opgebouwd in Hellevoetsluis door o.m. de Rotterdamse Admiraliteyt van de Maze.
Ook in de 3e Engelse Oorlog (1672 - 1674) hebben op de schepen van Michiel de Ruyter zeker 1000 Engelsen en 1500 Schotten gediend. Hetzelfde geldt ook voor de 2e Engelse oorlog (1665 - 1667)
Het beste van het leger van de Republiek werd ingescheept, de bewaking van de landsgrenzen werd overgelaten aan haastig ingehuurde Zweedse en Brandenburgse troepen. Het risiko dat het Staatse leger zou komen vast te zitten ergens ver buiten de Republiek werd bewust genomen, want als het mis zou gaan dan zou Frankrijk gegarandeerd de Republiek weer aanvallen.......
Steun van de nog steeds aan James loyale Engelsen (want alles werd razendsnel in het geheim georganiseerd en zoo snel lekte iets toen nog niet uit.....) was natuurlijk afhankelijk van de eerste slag die Willem III in Engeland zou MOETEN winnen.
Vanzelfsprekend werd besloten om niet naar Schotland maar naar Engeland te zeilen, maar voor zeilen heb je wind nodig en die zat een maand lang tegen. De gehele maand oktober 1688 zat het leger gevangen op de schepen in Hellevoetsluis, manschappen en paarden werden er ziek van. De tegenwind werd door de Franse ambassadeur een Roomse wind genoemd, na een heftige storm die ook Hellevoetsluis bereikte, draaide de wind in Protestantse richting en men liet het van Gods Adem afhangen waar men in Engeland zou landen.
De Republiek was op z'n hoogtepunt qua macht toen deze geweldige vloot begin november 1688 met Willem aan boord vanuit Hellevoetsluis vertrok, dit was nog nooit vertoond. Het machtigste land van Europa zeilde uit en voer twee keer langs de Engelse vloot die door dezelfde protestantse Adem van God de havens niet uit konden komen.
Willem liet zijn enorme vloot in rijen van 25 diep uitwaaieren van Calais naar Dover, het hele nauw van Calais werd hierdoor geblokkeerd, puur om te imponeren.... Door de hele vloot werden geregeld losse flodders afgeschoten die zowel in Calais als in Dover te horen waren.
Op de schepen die vanuit Calais en Dover zichtbaar waren, werden soldaten opgesteld 'met schallende trompetten en slaande trommels'.
Zonder enige tegenstand werd in Devon geland en werd Willem welkom geheten door een geheime Engelse Parlementaire delegatie die aandrong op spoed. Direkt werd als machtsvertoon Exeter ingenomen, zonder slag of stoot uiteraard. Achteraf is iedereen het erover eens dat als James resoluter had gereageerd, Willem mogelijk in zeer grote problemen was gekomen, tot opluchting van de Staten talmde ook Frankrijk.....
Eigenlijk zonder enige tegenstand, want het tegenbevel werd maar niet gegeven, trok op 18 december 1688 het Nederlandse invasieleger Londen in. Willem had het zelfs aangedurfd om de Engelse troepen in Londen, inklusief de paleiswacht, van te voren het bevel te geven om zich uit Londen terug te trekken en toen zij dit bevel opvolgden sloeg James op de vlucht.
Toen James langs de Theems kwam, gooide hij wel nog even het Grootzegel van het Koninkrijk in de rivier, zonder dit Grootzegel kon geen wet worden ingevoerd. James werd uiteindelijk gevangen gezet in een huis met bewust een te kleine bewaking. Op 23 december 1688 ontsnapte hij dus, volgens plan kun je wel zeggen, naar Frankrijk.
In februari 1689 werden Willem en Mary gekroond tot Engels Koning en Koningin. In april 1689 werden zij, zonder daar bij aanwezig te zijn, ook in Edinburgh uitgeroepen tot Koning en Koningin van Schotland. Schotland volgde gewoon officieel het Engelse voorbeeld, maar niet iedereen in zowel Schotland als Engeland legde zich erbij neer dat die vreemde Dutchman nu hun Koning werd.Na de dood van Willem II in 1650 hadden de Staten van Holland terecht hun buik een beetje vol van de Oranje's en begon het Eerste Stadhouderloze Tijdperk, tot 1672, het rampjaar.
Het beroemde huwelijksportret van Anton van Dyck
Mary Stuart (9) treedt in het huwelijk met Willem II (14)
Negen jaar later bezweek enige dagen voor de bevalling van hun eerste kind, Willem III, haar Willem II, inmiddels stadhouder geworden, aan de pokken. Willem II was de stadhouder die het niet eens was met de Vrede van Münster en ook Amsterdam trachtte in te nemen.
Voor de opmars van Willem II naar Amsterdam, we gaan het daar nog eens apart over hebben, liet Willem II een aantal vooraanstaande bestuurders preventief gevangenzetten op uiteraard Loevestein.
1618 - 1619
De (Derde) Synode van Dordrecht
LINK
Een van de bestuurders die gevangen werd gezet, was de ex-Penningmeester van de Synode van Dordrecht en later zelfs Burgemeester van Dordrecht, Jacob de Witt, de vader van Johan en Cornelis de Witt. Een van de begrijpelijke redenen waarschijnlijk waarom Johan en Cornelis de Witt niet zo op de hand van Oranje waren.
Loevestein was natuurlijk al beroemd vanwege Hugo de Groot.
Citaat uit ons verhaal over Hugo de Groot:
Als rechterhand van Oldenbarnevelt in diens politiek-religieuze conflict met prins Maurits wierp Hugo zich op als pleitbezorger van de Staten van Holland en van de remonstranten. Op 29 augustus 1618 werden Hugo de Groot, Oldenbarnevelt en de Leidse pensionaris Rombout Hogerbeets (1561-1625) in opdracht van Maurits vastgenomen.
In mei 1619 volgde de onthoofding van Oldenbarnevelt, terwijl Hugo de Groot werd veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf en verlies van zijn bezittingen.
verschenen na 13 Mei 1619, de onthoofding van Oldenbarnevelt en andere hoofdpersonen
v.l.n.r.
Oldenbarnevelt, Ridder, Heer van Berkel en Rodenrys
Johannes Uyt den Boogaart, gewezen Predikant van Zn. Excel. (Maurits)
Hugo Grotius, Pensionaris der Stat Rotterdam
Rombout van Hoogerbeets, Raedsheer en Pensionaris der Stat Leyden
Gillis van Ledenberg, Secretaris der Heeren Staten van Utrecht
Adolf van Wael, Heer van Moersbergen
Hugo de Groot werd vastgehouden in slot Loevestein maar ontsnapte op 22 maart 1622 in een boekenkist en vluchtte naar Parijs.
Over deze beroemde vlucht zijn natuurlijk, ook al in die tijd veel pamfletten en prenten gemaakt:
het jasje wat Hugo de Groot droeg tijdens zijn ontsnapping
nu in het Schielandshuis te zien
1651
De opening van de Staten-Generaal voor het eerst zonder vorst c.q. stadhouder
uniek in de wereld van toen
De zoon van Willem II, Willem III, werd grotendeels opgevoed door Amalia van Solms, de echtgenote van Frederik Hendrik en kreeg, laten we het maar zoo noemen, les in besturen van Johan de Witt.Een van de prominente bestuurders die bij hadden gedragen aan de diskussie over de keuze van een Stadhouderloos bestuur, was de nu nog steeds bekende, oorspronkelijk op de hand van de Oranje's, Raadpensionaris Jacob Cats. Jacob Cats is nu nog bekend als dichter.
Amalia van Solms
Amalia, gravin van Solms-Braunsfels kwam als hofdame in het gevolg van de keurvorst Frederik V van de Paltz in Den Haag terecht. Een verloren veldslag in de Dertigjarige oorlog (Slag bij Witte Berg) in Bohemen had deze Protestantse vorst in 1620 doen besluiten naar de Nederlanden te vluchten.
Amalia trad in 1625 in het huwelijk met Frederik Hendrik. Broer Maurits had dit op zijn sterfbed bedongen.
Nog een beroemd schilderij van Willem van Honthorst
v.l.n.r.
Willem I (de Zwijger) (1533 - 1584)
Maurits (1567 - 1625)
Willem II (1626 - 1650)
Frederik Hendrik (1584 - 1647)
Willem III (1650 - 1702)
Jacob Cats overleed ook in 1651 en tot opvolger van Jacob Cats als Raadpensionaris werd Reinier Pauw uit Amsterdam gekozen.
Uit ons Vrede van Münster verhaal:
Adriaen Pauw
Pensionaris van Amsterdam en dus de belangrijkste afgevaardigde naar Münster
maar ook DE tegenstander van Vader Frederik Hendrik en Zoon Willem II
broer van Reinier Pauw, de latere Raadpensionaris van de Staten van Holland
Reinier Pauw koos als hulp voor de zoon van Jacob de Witt, Burgemeester van Dordrecht, Johan de Witt.
Bijgaand dus eindelijk een portret van de broers Cornelis en Johan de Witt, respektievelijk, laten we maar zeggen, "Opperbevelhebber" van de Vloot namens de Staten-Generaal (Cornelis) en Raadpensionaris van Holland (Johan), de op dat moment belangrijkste funktie in de Republiek, een niet ongevaarlijke funktie, denk maar aan Oldenbarnevelt. Wie dat nu weer was : LINK
Johan de Witt had rechten gestudeerd, maar Johan de Witt deed vooral aan wiskunde en dan vooral aan kansberekening, dat laatste, (politieke) kansberekening, zou Johan de Witt later nog goed te pas komen, op die allerlaatste keer na.....
Maar Johan de Witt ging ook de geschiedenis in om deze reden, citaat uit dit verhaal:
Johan de Witt was een enorme steun voor de al oudere Reinier Pauw en toen dan ook Reinier Pauw overleed, werd Johan de Witt bijna automatisch zijn opvolger. Johan de Witt was toen pas 27, een voor die tijd (en misschien ook nu nog wel) erg jonge leeftijd als Raadpensionaris van de Staten van Holland.
Zoals we al vertelden, had Johan de Witt niet zoveel op met de Oranje's, die tenslotte zijn vader, Jacob de Witt, zonder vorm van proces in Loevestein gevangen hadden gezet.
Johan de Witt kwam met het idee van De Ware Vrijheid zonder een Oranje als dienaar van de Staat. Hiertoe was het noodzakelijk alle krachten in zowel het binnen- als het buitenland in evenwicht te houden.
Door handhaving van de Status Quo en door iedereen te vriend te houden, lukte dit tot 1672. Johan de Witt is de geschiedenis ingegaan als de meester van het, zouden we nu zeggen, poldermodel, continu overleggen en ervoor zorgen dat niemand, en dan vooral de Oranjepartij niet, de overhand zou krijgen.
Op het model van De Ware Vrijheid werd ook later steeds teruggegrepen, door o.m. Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll rond 1780.
1741 - 1784
Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll
LINK
Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll kwam, kort samengevat, met de analyse dat sinds de tijd van de aanleiding van de 80-jarige oorlog er eigenlijk niets was veranderd, nog steeds werd Nederland autoritair geregeerd door hoofdzakelijk de achtereenvolgende Prinsen van Oranje die immers ook altijd Opperbevelhebber van leger en vloot waren geweest en tegelijkertijd hoofd van het burgerlijke bestuur waren geweest en altijd konden dreigen met het inzetten van het leger. Om de vrijheid te herwinnen moesten, vergelijkbaar met de Geuzen, weer volksmilities worden opgericht die weerstand konden bieden aan het reguliere leger. En dus kwam het o.m. tot een oproep om onafhankelijke volksmilities op te richten die voldoende sterk gemotiveerd zouden zijn om de nieuwe vrijheden van de burgers te verdedigen, net zoals destijds de Geuzen deden ....
Even terzijde : rond 1984 werden Kamervragen gesteld of de sterfdag van Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll niet herdacht moest worden, want ook Thorbecke heeft bij het opstellen van de grondwet in 1848 gebruik gemaakt van de ideeen van Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll.
1848
De Preambule van de gronwet van Thorbecke
geinspireerd op de ideeen van Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll
De moord op Willem de Zwijger in 1584 had echter voorrang.
En tot slot: hoe zat het met de enorme staatsschuld van de Republiek t.g.v. de 80-jarige oorlog ? De destijds verguisde Johan de Witt bracht de Staatsfinancien weer op orde....
De schuldenlast van de 80-jarige oorlog bedroeg ca Dfl 140.000.000,= 16e eeuwse guldens. Aan rente en aflossing kostte dit per jaar ca Dfl 7.000.000. Aangezien de rente 5% bedroeg en de lening was verkregen via een aantal vermogende bewoners van de Republiek en dus niet was geleend bij een bank of iets dergelijks, waren er veel, ook toen al, calculerende vermogende bewoners van de Republiek die geen enkel belang hadden bij het aflossen van de staatsschuld, een uitkering van 5% per jaar was blijkbaar aantrekkelijker! Het lukte Johan om na heel veel onderhandelingen en delibereren, zoals dat toen heette, de rente omlaag te krijgen naar 4%, waardoor o.m. de economie werd ondersteund.
Maar ook dit lukte, dankzij Johan: aan de vloot werd per jaar ca Dfl 10.000.000,= besteed, evenveel als de belastingopbrengst per jaar van het gewest Holland.
Op het leger moest hierdoor wel Dfl 500.000,= per jaar bezuinigd worden en dat was, achteraf, veel te hoog en bleek uiteindelijk onverantwoordelijk te zijn geweest. Maar zonder een superieure vloot zou ook vlootvoogd Michiel de Ruyter het waarschijnlijk nooit gelukt zijn een paar keer een Engelse en een gecombineerde Engels/Franse vloot te verslaan. Wat is wijsheid, achteraf....
Kortom, Johan de Witt was, naast een van Nederlands kundigste en voor die tijd onkreukbare bestuurder, ook een financiëel genie.
Cornelis (achteraan) en Johan de Witt
Cornelis was in 1652 lid geworden van de Admiraliteit op de Maze en vanuit die functie uiteindelijk "Opperbevelhebber" van de Vloot namens de Staten-Generaal geworden.
Cornelis werd wel spottend de waterprins genoemd, zijn broer Johan de landprins, want men beweerde, niet helemaal onterecht, dat beide broers prinselijke ambities hadden.
Op de meeste portretten staat Johan meestal voorop, bij het standbeeld van de broers op de Visbrug in Dordrecht zit Johan en staat Cornelis ernaast. Volgens het begeleidende bord bij dit standbeeld was dit de meest gebruikelijke pose van de broers, maar andersom kwam ook wel eens voor.....
Pas in 1918 werd in Den Haag vlakbij de Gevangenpoort een standbeeld opgericht voor Johan de Witt, onthuld door koningin Wilhelmina. Op het standbeeld staat:
Leider en dienaar der Republiek,
vormer harer machtigste vloten,
verdediger der vrije zee,
verzorger van 's lands gelden,
wiskundige, een volmaakt Hollander.
De onkreukbare Johan de Witt had een jaarlijks inkomen van Dfl 3000,= 17e eeuwse guldens, slechts 20x zo veel als een gemiddelde arbeider in die dagen. Heel bijzonder was dat Johan zich niet verder liet betalen voor allerlei diensten door hem aan vrinden bewezen. Gevolg was wel dat Johan het prive financieel niet makkelijk had, hij leefde heel sober, maar toch op veel te grote voet, gedwongen door zijn status. Niet dat Johan geen verdere inkomsten had, al dan niet via zijn vrouw Wendela Bicker, dochter van de zeer vermogende Amsterdamse Bicker familie, maar deze inkomsten stonden niet of nauwelijks in verhouding tot zijn inkomen als Pensionaris.
Pas in 1668, na de tragische dood van Wendela Bicker, werd Johan's jaarsalaris verdubbeld en ontving Johan een eenmalige gratificatie van Dfl 60.000,=, evenveel als de jaarlijkse toelage van de toekomstige Willem III. Waarom deze plotselinge salarisverhoging en eenmalige gratificatie? Johan had zich na de dood van Wendela Bicker voor het eerst in zijn tot dan 15-jarige openbare leven twee weken niet laten zien en nauwelijks iets voor de Staten gedaan. Uiteindelijk vroeg Johan de Witt zelfs ontslag aan, en wilde terug naar het veel minder hectischer Dordrecht. Het werd Johan de Witt geweigerd, Johan de Witt was, aldus de Staten, onmisbaar. Men vermoedt dat Johan de Witt met frisse tegenzin weer aan het werk is gegaan, blij dat hij weer wat kon doen na de dood van Wendela Bicker.
Rond 1665 werd dit door de Engelse Ambassadeur over Johan de Witt verteld :
Zijn kleding was stemmig en eenvoudig, burgerlijk ook. Zijn tafel diende slechts voor zijn gezin of een vriend. Zijn gevolg bestond slechts uit één man die alle huishoudelijke knechtenwerk in huis afdeed en bij ceremoniele bezoeken een eenvoudige livreimantel aantrok en buiten op de koets paste.
Bij andere gelegenheden kon men de Witt gewoonlijk te voet en alleen over straat zien gaan als de gewoonste burger van de stad.
Deze levenswijze was geen opzettelijke manier van doen, het was de algemene mode of stijl onder magistraten van de Republiek.Maar Johan de Witt was natuurlijk geen uitzondering, want al over Maurits wordt verteld dat Maurits bij een boer op bezoek zijn eigen boterham met boter en kaas smeerde, wat door de boer niet geaccepteerd werd. Het was voor zo'n hoog iemand, aldus de boer, of kaas of boter, maar geen minderwaardig brood.
Ook toen al verbaasden buitenlandse delegaties zich erover dat afgevaardigden naar de Staten-Generaal onderweg langs de kant van de weg gingen picknicken......
En dan natuurlijk wat beroemde prenten over de moord op Cornelis en Johan de Witt, we gaan hier verder niet op in, een schandalige gebeurtenis....
Een burgemeester van Amsterdam bewaarde, gedroogd in zout,
de tong van Johan en de grote teen van Cornelis,
als souvenier....
Op 21 augustus 1672, een dag na de gruwelijke moordpartij reisde Maria van Berckel, nu weduwe van Cornelis de Witt, met de trekschuit naar Rotterdam, ver weg natuurlijk van dat akelige Den Haag. Op de boot werd Maria van Berckel geconfronteerd met een man die vol trots een vinger van Cornelis de Witt liet zien, gekocht voor een paar stuivers...
Waarop Maria van Berckel reageerde met deze vinger heeft nog gisteren behoord aan de hand van mijn beminde man. De koper van de vinger van haar man verschoot van kleur en viel prompt flauw.
Dezelfde dag waren ook de harten van de gebroeders de Witt op weg naar een koper in Engeland. In Leiden kwamen heel veel mensen kijken naar het geslachtsorgaan van Cornelis.
Het grote verwijt aan de gebroeders de Witt was dat zij het leger hadden verwaarloosd, honderd jaar later zou Willem V het verwijt krijgen dat hij de vloot had verwaarloosd, met als gevolg de rampzalig verlopen Vierde Engelse Oorlog.
De biografie over de gebroeders de Witt is natuurlijk het boekDe Ware Vrijheid
geschreven door Luc Panhuysen
De Ware Vrijheid van Luc Panhuysen kan het beste als volgt worden samengevat:
De Gouden Eeuw is weer helemaal terug in de belangstelling. Voor wie daarover meer wil weten is
De Ware Vrijheid
De levens van Johan en Cornelis de Witt
een aanrader.
De auteur Luc Panhuysen combineert gedegen kennis van de bronnen met een soepele pen. Luc Panhuysen verstaat de kunst van het weglaten en schildert toch in volle kleuren het brede doek van de glorietijd van de Nederlandse Republiek.
Johan (1625-1672) en Cornelis de Witt (1623-1672) leefden in de periode die wel de Ware Vrijheid en het Eerste Stadhouderloze Tijdperk wordt genoemd. In een Europa dat vrijwel geheel geheel wordt geleid door een ruzieënde verzameling van koningen, vorsten en een keizer, steekt de principiële keuze voor een Republiek schril af.
Panhuysen schetst het geloofsgoed van Johan de Witt, de jongste raadpensionars van Holland ooit, en dat doet verrassend modern aan. Het politieke landschap van de Republiek trouwens ook.
De levens van de gebroeders De Witt waren politieke levens, maar in dit boek komt gelukkig ook meer aan bod. Wat aten ze? Hoe zag het huis van de raadpensionaris er van binnen uit? Hoe waren hun vrouwen? Al met al rijst een veelzijdig beeld op, waarvoor links en rechts uit de vele bronnen wordt geplukt.
Johan de Witt was een fervent vioolspeler, een rekening verklapt dat hij drie setjes snaren in een jaar versleet. De vrouw van Cornelis was een intelligente dame met bovendien een werkzame intuïtie. Zij schreef haar dromen op toen de donkere wolken zich boven de broers begonnen samen te pakken. Panhuysen gebruikt die dromen om de sfeer te schetsen en zijn onderwerpen van een gezicht en een geestelijk interieur te voorzien.
Natuurlijk komt hun tragische einde uitgebreid aan bod, inclusief de demoniseringscampagnie die eraan voorafging en de kwestie in hoeverre de Prins van Oranje erbij was betrokken.
Link naar het geweldige boek van Luc PanhuysenDe Ware Vrijheid
de biografie over de gebroeders de Witt !!
De ware Vrijheid
Luc Panhuysen
Klik op de bovenstaande thumb voor meer informatie over het boek
De Ware Vrijheid
Luc Panhuysen
èn om het eventueel direct te bestellen!
Van harte aanbevolen !!!
In dit verhaal gaan we het natuurlijk hebben over de gebeurtenissen voorafgaand aan en tijdens en na 1672 en de opmerkelijke rol van Rotterdam, Rotterdam heeft zich namelijk tot het laatst toe verzet tegen de installatie van Willem III als stadhouder......
We beginnen maar ergens, bijvoorbeeld direkt na de 2e Engelse Oorlog, (1665 - 1667) met weer een citaat uit ons Schotland verhaal :In juli 1667 werd in de Staten van Holland de Akte van Harmonie besproken, later beter bekend geworden door een gedeelte uit die Akte, de geschiedenis ingegaan als Het Eeuwig Edict. In het Het Eeuwig Edict werd, echter niet door Johan de Witt toegevoegd, maar door Caspar Fagel, pensionaris van Haarlem en Gillis Valckenier uit Amsterdam, afgesproken om het Stadhouderschap voor Eeuwig af te schaffen. De ironie van de geschiedenis is dan weer dat Fagel en Valckenier later trouwe aanhangers werden van Willem III....
Engeland had ooit The Act of Navigation afgekondigd, die inhielt dat goederen alleen naar Engelse havens getransporteerd mochten worden door Engelse schepen. Alleen indien aangetoond kon worden dat de goederen geproduceerd waren in de Republiek, mocht een Hollands schip de goederen komen brengen, maar het bewijsmateriaal werd slechts mondjesmaat geaccepteerd en tegengewerkt. De hoofdreden voor de Engels-Hollandse oorlogen in de 17e eeuw, met in 1666 de beroemde tocht van Michiel de Ruyter dwars door de ketting bij Chatham over de Theems richting Londen.
Op den 22sten zeilden we de Rivier van Chatham op, die bij 't voornoemde fort zijn oorsprong neemt, alwaar de grootste Koningsschepen wierden gelegd en 't geschut daar in gedaan, als zij tot voor 't gezeide fort afgedreven zijn. De voornoemde rivier loopt zeer krom zo dat men het halve kompas moet omzeilen om ontrent Chatham te komen, zij is op veel plaatsen ten aanzien van haar bekwame diepte niet veel breder dan de Rotterdamse Schie, dies wij ook de lichtste fregatten gebruikten om daar in te zeilen, tot 17 in 't getal.
De Engelsen hadden de rivier gestopt met zeven brandschepen die allen overdwars gezonken lagen. Indien zij er nog een hadden doen zinken, wij zouden de rivier niet hebben kunnen opzeilen want het gat tussen het land en de gezonken wrakken niet wijder was als de Haagse vaart waarop ik lachende zei (ziende veel Engelse paarden gaan weiden) laten wij jachtschuiten van de schepen maken ende dezelve van de paarden doen doortrekken.
Het gat gepasseerd zijnde vonden wij grote blokken houts, met ankers in de grond vast gemaakt, en daar aan kettingen die omtrent drie à vier voet in 't water gezonken lagen. Aldaar hadden de Engelsen een klein batterijtje gemaakt, waar vandaan zij met zes à zeven stukken op ons flankeerden, doch wij daarvan meester geworden zijnde, maakten de kettingen los ende schoten dezelve aan stukken.
Op dien dag verbranden wij drie koningsschepen en namen er twee, waaronder de Royal Charles, het sterkste schip van heel Engeland.
Den 23sten wierden drie van de lichtste fregatten, met negen branders, geordonneert de andere drie koningsschepen, die onder het kasteel van Chatham lagen, te verbranden, hetgeen de branders (terwijl de gezeilde fregatten tegen het kasteel ageerden) gelukkelijk effectueerden. Aldaar lagen de Royal James, de Royal Londen en de Royal Oak.
Deze drie schepen waren weinig of niet minder dan de Royal Charles. U. Ed. kan dan oordelen wat een schrikkelijke brand dat het zelve moet geweest zijn. Doenmaals was ik met de opperhoofden van 's lands vloot op de genomen Royal Charles gegaan en zagen uit dat Koninklijk schip de koninklijke schade met vermaak aan.De overgave van de Royal Charles (rechts) aan de Ruyter (links)
het achtergedeelte van het schip (spiegel) kun je nog steeds bewonderen in het Rijksmuseum
De Royal Charles was hetzelfde schip waarmee ooit de verdreven Charles II, politiek en financieel gesteund door de Republiek, terugvoer naar Londen. Het schip heette ooit Naseby, een wrang grapje van Cromwell, want bij Naseby had Cromwell de vader van Charles II, Charles I, ooit verslagen en later laten onthoofden.....
Het door de Republiek c.q. de gebroeders de Witt, speciaal voor Charles II opgetuigde schip kwam dus uiteindelijk op sleeptouw genomen weer terug naar Nederland, zeer symbolisch, niet waar?
Wat Johan de Witt had voorgesteld beperkte zich tot zaken als dat Willem III pas de funktie van Kapitein-Generaal zou krijgen op de leeftijd van 23 (dus in 1673) en niet op de leeftijd van 18 (in 1668). Ook was door Johan vastgelegd dat de funkties van Kapitein-Generaal en Stadhouder onverenigbaar zouden zijn, een hekel punt, waarover tot in de Patriotten tijd zwaar over is gediscussieerd....
Citaat uit ons Patriotten verhaal, we herhalen dit nog maar een keer:Een van de voorstanders van het Eeuwig Edict was de stad Rotterdam, de beroemde Rotterdamse dichter Joachim Oudaan schreef zelfs een gedicht met de titel De vryheid op den troon gevestigd, let wel, een ondersteuning van de gedachten van Johan de Witt en de 100 jaar later levende Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll. Joachim Oudaan schreef ook een lofgedicht n.a.v. de benoeming van Pieter de Groot, een aanhanger van Johan de Witt, tot pensionaris van Rotterdam. (LINK)
1741 - 1784
Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll
Op 26 september 1781, dus tijdens die rampzalige Vierde Engelse Oorlog, werd op grote schaal een anoniem pamflet verspreid, later bleek geschreven door een zekere Baron Joan Derck van der Capellen tot den Poll, afkomstig uit Zwolle, waar uit die buurt (Hattem) ook Daendels vandaan kwam, de Nederlandse bevelhebber van het latere Bataafse Legioen, toen Gouverneur-Generaal werd van Nederlands-Indië en zijn laatste jaren doorbracht als Gouverneur van Elmina.
Joan kwam, kort samengevat, met de analyse dat sinds de tijd van de aanleiding van de 80-jarige oorlog er eigenlijk niets was veranderd, nog steeds werd Nederland autoritair geregeerd door hoofdzakelijk de achtereenvolgende Prinsen van Oranje die immers ook altijd Opperbevelhebber van leger en vloot waren geweest en tegelijkertijd hoofd van het burgerlijke bestuur waren geweest en altijd konden dreigen met het inzetten van het leger. Om de vrijheid te herwinnen moesten, vergelijkbaar met de Geuzen, weer volksmilities worden opgericht die weerstand konden bieden aan het reguliere leger. En dus kwam het o.m. tot een oproep om onafhankelijke volksmilities op te richten die voldoende sterk gemotiveerd zouden zijn om de nieuwe vrijheden van de burgers te verdedigen, net zoals destijds de Geuzen deden ....
In het gedicht werden de oude ideeen van de Rotterdamse Pensionaris Hugo de Groot (van de boekenkist) verheerlijkt.
De zoon van Hugo de Groot, Pieter de Groot werd kort daarop benoemd tot ambassadeur van de Staten-Generaal in Parijs, Pieter voerde vergeefs onderhandelingen met Lodewijk XIV....
Pieter de Groot
In het jaar dat Willem III 18 werd, dus in 1668, gingen Willem III en zijn aanhangers zich al toch gedragen alsof Willem III al meerderjarig was. Van de Staten van Zeeland ontving hij al de titel "Eerste Edele van Zeeland", Holland bestreed deze opvatting en belette dat Willem III in 1669 de voor hem bedoelde zetel in de Raad van State zou innemen, want Willem III was pas 19.
In allerlei vroedschappen, w.o. ook die van Rotterdam, we komen er nog op terug, onstond grote verdeeldheid over de zetel van Willem III in de Raad van State. Uiteindelijk werd in mei 1670 het compromis bereikt om hem een concluderende stem te geven. Ook t.g.v. de dreiging uit het zuiden, via Pieter de Groot, brokkelde de steun voor Johan de Witt en zijn aanhangers steeds verder af.
Eind 1671 kwam een beweging op gang om Willem III z.s.m. te benoemen tot Kapitein- en Admiraal-Generaal. Johan de Witt stelde dat dit in strijd was met het Eeuwig Edict en Willem III had toch al een hoge funktie in de Raad van State...uiteindelijk kwam Johan de Witt met het beroemd geworden compromis : Willem III zou veldheer worden voor 1 campagne. De Staten-Generaal kwamen echter met het voorstel om Willem III tot Kapitein-Generaal voor het leven te benoemen.
De Staten van Holland (het grootste, het rijkste en dus het machtigste gewest...) waren, onder aanvoering van steden als Dordrecht, Delft en Rotterdam, fel hier tegen, het Eeuwig edict was toch niet voor niets afgesloten. Maar na verloop van tijd, konden zij zich ook vinden in het compromis voorstel van Johan de Witt, tot ieders verbazing wees Willem III zijn tijdelijke benoeming echter af. Toen de militaire dreiging steeds verder verslechterde, gaven ook de Staten van Holland hun verzet op, Willem III werd voor het leven benoemd vanaf 24 februari 1672.
Het jaar 1672 werd het meest traumatische jaar in het leven van de nog jonge Republiek. De Koning van Engeland, Charles II, had zich in 1670 via het geheime Verdrag van Dover verbonden met Lodewijk XIV, in ruil kreeg hij daarvoor jaarlijks een toelage van Lodewijk XIV. De VOC aandelen op de beurs kelderden omlaag....., handel met Indië zou wel eens door de Engelse Vloot geblokkeerd kunnen worden.
In die dagen bleef niet veel geheim, daarom is het merkwaardig dat de bijzonderheden van het geheime Verdrag van Dover pas honderd jaar later bekend werden. Noch Johan de Witt, noch Willem III, noch wie dan ook betrokken bij de gebeurtenissen van 1672, was zich bewust van de bijzonderheden van het geheime Verdrag van Dover, waarin Charles II, in ruil voor geld, had beloofd Lodewijk XIV te steunen bij zijn aanval op de Republiek. De financiele ondersteuning van Charles II door Lodewijk XIV was dermate groot, dat Charles dacht het zich te kunnen veroorloven om weer buiten het Parlement om te regeren, althans tot en met zijn nederlaag tegen de Republiek.... Maar goed dat ook het Engelse Parlement niets wist van de bijzonderheden van het geheime Verdrag van Dover, mogelijk was Charles II dan dezelfde weg gegaan als zijn vader Charles I die namens het Parlement werd onthoofd (LINK)
Het leger was zwaar verwaarloosd, grensvestigingen waren nauwelijks onderhouden, de enige redding werd gezien in de waterlinie en Michiel de Ruyter.
Niet voor niets kreeg de geniale Michiel de Ruyter later een staatsbegrafenis en een prachtig grafschrift, citaat uit dit verhaal :Nou, waar het in dit verhaal natuurlijk ook omging, was het laten zien van een paar stukjes prachtige proza, een van Aad's lievelings grafschriften is deze, natuurlijk over Michiel de Ruyter :
Op 23 maart 1672 valt de Engelse vloot aan, op 6 april 1672 verklaart Frankrijk de oorlog. Op 18 mei volgen de Prins-Bisschop van Münster en de Keurvorst van Keulen, op deze 2 laatste tegenstanders gaan we hier verder niet op in, alleen in Groningen heeft men nog herinneringen aan het beleg van Bommen Berend, de bijnaam van Bernard van Galen, Bisschop van Münster. Op 28 augustus 1672 moest Bommen Berend, oftewel Bernard van Galen, Bisschop van Münster, het beleg van Groningen opbreken. 28 augustus wordt in Groningen nog steeds gevierd, net als 3 oktober in Leiden.
In de Nieuwe Kerk in Amsterdam
Aanschouw, aanschouw, den Held
Der Staten rechterhand
Den Redder van 't vervallen Vaderland
DEN ALLERHOOGSTEN EN ALGOEDEN GOD ZIJ DIT GEHEILIGT:
Mitsgaders de eeuwige gedachtenisse van Michiel de Ruyter, opper-admiraal van Holland en West-Friesland, door drie Koningen van Europe met adellijke wapenen, ridderlijke waardigheid en hertogdom in 't Koninkrijk Napels, begiftigd: een Heer die, zonder het voorlichten van voorouderlijke adel, alles Gode en zijn dapperheid had te danken: door een ervarenis van acht en vijftig jaren, in het stuk der zeezaken d'allerkundigste zijner eeuwe, de grootste daden den geheelen Oceaan en Middellandsche Zee door, in zeven oorlogen loffelijk verricht, eilanden en sterkten in 't Noorden en Zuiden verovert, den Nederlanders die groote kust aan de Atlantische zee gewonnen, den zeeroover getemd hebbende, heeft hij als opperhoofd in vijftien groote slagen onoverwinnelijk gevochten, dien boven anderen gedenkwaardigen slag van vier dagen geleverd, en vier maal 't overgroot geweld der vereenigde vloten van den hals der republiek zeer voorspoedig afgekeerd: minder in macht - in dapper' heid gelijk, in beleid en geluk meerder. Eindelijk hebbende 't vaderland uit het uiterste gevaar gerukt, is hij, in den tweeden slag bij Siciliën gewond, in de haven van Syracuse manhaft gestorven.
Hij heeft geleeft 69 jaren, 1 maand, 5 dagen.
De Schrik des Grooten Oceaans.
Ja, goed gezien, dit was één enkele zin
Lodewijks leger trekt op 22 mei ten noorden van Maastricht de Maas over, 118.000 man infanterie en 12.500 ruiters, het Staatse leger had slechts ongeveer 30.000 man ter verdediging. De Prins-Bisschop van Münster en de Keurvorst van Keulen kwamen met ook elk 30.000 man....
In allerhaast werden diverse schutterscompagnieen naar de bedreigde grensvestigingen gestuurd, maar het was allemaal te laat en te weinig.
De plannen voor de aanval dateerden van 27 juli 1671, toen kwamen te Saint-Germain en Laye de Franse koning Lodewijk XIV, de beide staatssecretarissen van oorlog en de maarschalken Henri de La Tour d' Auvergne ( 1611 - 1675), burggraaf van Turenne, en Condé, bijeen om het operatieplan voor de invasie vast te stellen.
Turenne was evenals Condé een veteraan uit de Dertigjarige Oorlog en de Spaans-Franse Oorlog met een indrukwekkende staat van dienst.
Het aanvalsplan kwam er als volgt uit te zien:
- Het gros van de Franse veldtroepen (80.000 à 90.000 man) opereert in twee hoofdgroepen met Charleroi en Sedan als bases
- De veldtocht wordt geopend met een opmars richting Maastricht, maar dit zal slechts een afleidingsmanoeuvre zijn, want de werkelijke aanval zal gericht zijn tegen de Staatse Rijn- en IJsselvestingen
- De invasie van de Republiek wordt zolang voortgezet tot er een aanleiding is om de oorlog naar de Spaanse Nederlanden te verplaatsen
- De Franse troepen zullen in mei 1672 aan hun opmars naar de Republiek beginnen
De Franse Zonnekoning Lodewijk XIV
Op 29 Mei 1672 trekt Lodewijk XIV inderdaad over de Rijnbrug bij Keulen en op 9 Juni 1672 via een pontonbrug over de Rijn bij Wesel. Tussen het tolhuis van Lobith en Laag Elten had een boer uit de omgeving de plek aangewezen waar Lodewijk XIV de Rijn kon oversteken op een plaats waar de Rijn slechts 50 meter breed en niet dieper dan 2-3 voet. Onder dekking van de artillerie trekken 2000 ruiters daar de Rijn over, waarna de volgende dagen de infanterie volgt via een haastig aangelegde pontonbrug.
In Den Haag wordt besloten om eerst te proberen de Engelse Vloot te vernietigen voordat zij zich zouden kunnen verenigen met de Franse Vloot. De Ruyter en Cornelis de Witt kwamen echter te laat om dit te verhinderen. Cornelis en de Ruyter besloten dat er niets anders opzat dan om aan te vallen, een moedige beslissing, want ondanks de numerieke minderheid lukte het de Ruyter om de gezamenlijke Engels / Franse vloot tijdelijk uit te schakelen, de beroemde Slag bij Solebay (op de Oostkust van Engeland) op 6 juni 1672. Een invasie was voor enkele maanden afgeslagen.
6 juni 1672
Slag bij Solebay
Tijd om dit te vieren was er niet, de meeste zeelieden werden meteen ingezet om het land te verdedigen.
De Staatse garnizoenen werden in dezelfde maand juni verdreven uit steden als Kleef, Rijnbeek, Orsoy, Emmerich, Rees en Wezel. Nederland zou ze nooit meer terugkrijgen en vandaar de inham op de Nederlandse kaart rechtsonder Arnhem, dit dus dankzij Lodewijk XIV. Op 12 juni (dus een week na de Slag bij Solebay) stak Lodewijk XIV dus de Rijn over bij Lobith, een geniale aktie, daar is iedereen het over eens, dankzij die boer....
In allerijl werd de IJssel verlaten door de Staatse garnizoenen en trok men zich uiteindelijk terug achter de later beroemd geworden Waterlinie. Het land was redeloos, radeloos en reddeloos. Zoo weigerden de burgers van Arnhem en ook Utrecht om een aktieve bijdrage aan de verdediging van hun stad te geven, Lodewijk trok in triomf allerlei steden in, zijn eerste maatregel was altijd de grootste kerk teruggeven aan de Katholieken, zelfs in Utrecht, de Mis werd weer opgevoerd in de Dom. De Gereformeerden werd echter verder niets in de weg gelegd, een uitstekende taktische zet van Lodewijk.
En toen beging Lodewijk toch een taktische blunder, was hij maar meteen doorgetrokken naar Holland, het water in de waterlinie stond nog steeds niet hoog. Lodewijk koos er echter voor, gelukkig voor de Vesting Holland, om de in zijn ogen onafwendbare nederlaag van de Hollanders af te wachten in Amersfoort, in Huis te Keppel. Onduidelijk is bijvoorbeeld of de Fransen wisten dat het Muiderslot niet verdedigd werd, Johan Maurits, de veroveraar van Elmina en Brazilië, was de Fransen net voor nadat het Muiderslot dagen leeg had gestaan. De weg naar Amsterdam werd 2 uur voordat de Fransen kwamen, afgesloten.
Johan Maurits
Johan Maurits van Nassau-Siegen was ook Brandenburgs stadhouder van het Hertogdom Kleef en Staats Gouverneur van Wesel. In 1656 had Johan Maurits van Nassau-Siegen Johan de Witt al gemeld dat er sterke geruchten waren dat de Keurvorst en Bisschop van Keulen, een aanval voorbereidde op het Staatsgarnizoen van Rijnberk.
Johan de Witt had hierop gereageerd door snel Rijnberk in staat van verdediging te brengen, waarop de aanval werd afgeblazen.
De verzwakking van het Staatse leger na de Vrede van Münster was de buurstaten van de Republiek niet onopgemerkt gebleven. Na de Vrede van Münster waren in Emden, Leerort, Emmerik, Rees, Wesel, Büderich, Rijnberk, Orsoy en Meurs Staatse garnizoenen achtergebleven. De Republiek rekende ook Oost-Friesland, het graafschap Bentheim, het Stift Münster en het gebied tussen Maas en Rijn tot haar invloedssfeer. Maximiliaan Hendrik van Beieren (1621 - 1688), keurvorst van Keulen en prins-bisschop van Luik, en vooral Christoph Bernhard, Freiherr von Galen, sinds 1650 vorst-bisschop van het Stift Münster, weigerden zich bij deze situatie neer te leggen.
De toewijzing in 1615 door het Gelderse hof van de heerlijkheid en stad Borculo - een Münsters leen - aan een graaf van Limburg-Stirum, de erfgenamen van de laatste heer van Borculo, en de bemoeienis van de Republiek met het conflict tussen de stad Münster en zijn bisschop, hadden bij Christoph Bernhard, Freiherr von Galen, kwaad bloed gezet. Christoph Bernhard, Freiherr von Galen wilde de stad Münster aan zijn gezag onderwerpen, maar dit strookte niet met het belang van de Republiek en zo wachtte Christoph Bernhard, Freiherr von Galen op zijn kans, Christoph Bernhard, Freiherr von Galen zou tot 1672 moeten wachten.
Willem III vestigde zijn hoofdkwartier in Bodegraven, wat, zoals we zullen zien, grote invloed heeft gehad op de gebeurtenissen in Rotterdam.
Net als in Utrecht en Arnhem sloeg het defaitisme toe in steden als Gouda, Leiden, Schoonhoven e.a.. Toen de Fransen echter niet verder oprukten, sloeg de stemming om, men was woedend op de verwaarlozing van het leger, het zonder slag of stoot wegtrekken van de IJssel etc etc, de tijdelijke overwinning van de Ruyter werd nauwelijks op zijn waarde geschat, de steden werden immers direkt, binnen enkele kilometers bedreigd.
Pieter de Groot werd al voor de val van Utrecht door de Staten van Holland naar Lodewijk XIV gestuurd om te onderhandelen over de eisen tot overgave. Pieter kwam terug met de boodschap zich maar over te geven, de meeste regenten hadden hier geen bezwaar tegen en toen braken er rellen uit om te beginnen in Dordrecht, maar ook snel in Rotterdam en vele andere steden. Pieter de Groot werd in Rotterdam, zijn woonplaats, bedreigt door schutters die de Vroedschap, waar ook Pieter natuurlijk lid van was, dwongen te beloven dat zij Rotterdam zouden laten verdedigen. Dezelfde dag stemde echter de Vroedschap van Rotterdam ook voor een voorstel van de Staten van Holland om via Pieter de Groot, Lodewijk XIV de Generaliteitslanden aan te bieden (zeg maar Noord-Brabant en Limburg).....
In Amsterdam nam de vroedschap op 26 juni onder leiding van Valckenier, met 20 tegen 16 stemmen, het voorstel aan om Pieter de Groot te laten onderhandelen over een algehele capitulatie.... Achteraf is het dus logisch dat Lodewijk XIV er reeds vanuit ging dat de overgave een kwestie van dagen zou zijn, maar ook in Amsterdam moest de vroedschap beloven aan de schutters om de stad te verdedigen en dat wist Lodewijk niet.
de militaire situatie in 1672
Ook op 26 juni werd in een stemming van de Staten-Generaal (waarbij alleen Holland, Utrecht, Gelderland en Overijssel aanwezg waren) Pieter de Groot opgedragen te onderhandelen over de overgave van de Generaliteitslanden en Lodewijk ook een grote som geld aan te bieden. Lodewijk stuurde Pieter echter terug, want hij eiste ook dat het katholieke geloof weer openlijk zou kunnen worden beleden. De Hugenoten in Frankrijk mochten toch ook hun geloof vrij uitoefenen, zie dit verhaal.
Op 29 juni braken in allerlei steden grote rellen uit, toen bekend werd waarmee Pieter de Groot terug was gekomen van Lodewijk. Om een lang verhaal kort te maken, Zeeland was de eerste provincie die op 2 juli 1672 Willem III benoemde tot stadhouder en het Eeuwig Edict opzegde. De dag erna volgde de Staten van Holland..... Pieter de Groot moest in Rotterdam bewaakt worden door hem vijandige schutters en vluchtte uiteindelijk naar Antwerpen. In de meeste vroedschappen werden de oude De Witt aanhangers afgezet en vervangen door Orangisten, andere regenten liepen ineens met oranje linten rond etc etc.
In deze verwarring werden op 20 augustus Cornelis en Johan de Witt vermoord. Op 21 juni was Johan al gewond geraakt door een messteek, hij was in feite toen al politiek en fysiek uitgeschakeld. Op 4 augustus had hij al zijn funkties al neergelegd, geheel uit eigen beweging, hij moest ook wel natuurlijk. Broer Cornelis kwam op ziekenbezoek in de Gevangenpoort en de rest van het verhaal, laat maar. Voor het eerst (en het laatst ??) in de Nederlandse Geschiedenis werd zelfs kanibalisme toegepast, stukken geroosterd vlees werden te koop aangeboden....
Maar, zoals een waarnemer opmerkte, de orde werd gehandhaafd temidden van de wanorde.
Ondertussen verslechterde de militaire situatie, in de bezette plattelandsgebieden braken bijna hongersnoden uit. Om nog maar te zwijgen over plunderingen en verkrachtingen. Wel moet gezegd dat de Franse legerleiding met harde hand optrad tegen Fransen die hiervan beschuldigd werden.
Door de vlucht van vele regenten, zoals Pieter de Groot, verdween niet alleen veel geld, maar ook veel kennis over de grens. In veel steden lukte het maar met moeite om betrouwbare vroedschappen samen te stellen, vrij van corruptie, lees ons Costerman oproer verhaal maar eens.
Het klinkt raar, maar het verzet tegen het Stadhouderlijke monopolie verdween echter niet, want na de dood van Willem III in 1702, werd er weer gekozen voor een Soevereine Staten-Generaal zonder Stadhouder, zie ons Patriotten verhaal.
Militair liep het als volgt af :
- eind 1672 lukte het de aanvoerroutes van de Fransen en hun bondgenoten af te snijden
- er kwam hulp van bondgenoten, de Habsburgers en Brandenburg
- op het nippertje mislukte een uitbraak van de Fransen over de dichtgevroren Waterlinie, men kwam tot Zwammerdam, vlakbij Leiden, toen begon het onverwacht te dooien en dreigden de 10.000 Fransen afgesneden te worden, gauw terug dus....
- in 1673 sloeg de Ruyter, nu in dienst van Willem III, een aanval af in ondiep Zeeuws water, ook een tweede soortgelijke aanval wist hij af te slaan. In een, uiteindelijk beslissende, derde slag, die bij Texel, wist een veel kleinere Staatse Vloot, weer onder leiding van De Ruyter, een Engels / Frans expeditie leger te vernietigen. Tijdens het overal ten noorden van Amsterdam hoorbare kanonnen gebulder, werden in vele kerken gebedsdiensten gehouden. Gecombineerd met een succesvolle kaperscampagne, vooral gericht op Engelse handelsschepen overal ter wereld, moest Engeland het opgeven
Dankzij de geniale De Ruyter sloot Engeland in februari 1674 vrede, de Nederlandse Vloot zou voor jaren de machtigste vloot in de wereld vormen, zie ook weer ons Schotland verhaal.
In augustus 1673 mengde Spanje zich in de strijd ten gunste van de Republiek. Lodewijk XIV werd hierdoor gedwongen een deel van zijn leger terug te trekken. Willem III ging meteen tot de aanval over, 3000 Fransen in Naarden moesten zich meteen overgeven en dat had een verwoestend effekt op het Franse moreel.
Ook waagde Willem III vanuit Roosendaal een offensief richting Charleroi, militair van geen enkel nut, maar het psychologisch effect op de Fransen was natuurlijk enorm.
Veel mensen waren voor de binnenvallende legers gevlucht achter de Waterlinie. We vonden een brief van een vluchteling in Hoorn, afkomstig uit Harderwijk:
Twee maanden na Engeland gaf Münster zich gewonnen, ook zij hadden niets bereikt, mei 1674 ontruimden de Fransen Gelderland en Overijssel, maar we gaan nu over tot Rotterdam.....Ik kan deze goede gelegenheid niet voorbij laten glippen, of ik moet u op de hoogte stellen van onze omstandigheden alhier.
Temeer omdat ik er van overtuigd ben dat u van de andere vrienden geen brieven zult krijgen. Al onze familieleden zijn, voor zover ik weet, nog in goede gezondheid, maar ze leven alle bij elkaar in zeer verdrietige omstandigheden want een deel van hen is in ballingschap gevlucht. En degenen die thuis gebleven zijn moeten zich zien te redden in ellendige slavernij onder de Fransen. Niet alleen de boeren op het platteland worden van hun bezittingen beroofd en in het ongeluk gestort, maar ook de burgers in de steden, zodat het een zeer treurige winter zal word,en en massa's van gebrek en narigheid zullen moeten omkomen.
De Fransen zijn samen met de Engelsen en de bisschoppen van Keulen en Munster in het begin van juni tegen ons begonnen te ageren, beginnende vanuit Orsoy, Rijnberk en Wesel. Ze hebben zowel door verraad als door angst der onzen niet alleen de steden aan de Rijn, maar ook geheel Gelderland, gans Overijssel en Utrecht met al hun onderhorige plaatsen in de tijd van ruim veertien dagen ingenomen. Dat lijkt ongelooflijk, maar is niettemin waar. Omdat ze Naarden en Woerden ook hebben genomen, komen zij dagelijks op strooptocht tot niet ver voor Amsterdam.
Groningen is de enige stad die zich met de wapenen heeft verdedigd, want de bisschop van Munster had die stad belegerd, maar heeft haar na een heftige belegering met groot verlies weer moeten verlaten. Sedertdien is alles wat tot bedaren gekomen, want nadat de koning van Frankrijk, die persoonlijk in Arnhem en Utrecht is geweest, weer naar Parijs was vertrokken, is Holland, dat nog één is met Zeeland en Friesland, weer wat in gevechtshouding komen te staan.
Maar waren ze verder getrokken, dan hadden ze ook heel Holland ingenomen, zo groot was de angst van de onzen. Maar God de Heer heeft het tot nu toe geliefd hen daar te stuiten. Wij zullen verder op Zijn genade hopen, opdat Hij ons eindelijk weer zal verlossen en helpen met de vrede in ons vaderland.
De keizer en de keurvorst van Brandenburg, de vorsten van Brunswijk-Lüneburg en van Hessen zijn, toen ze zagen dat de Fransman, eenmaal in bezit van ons land, oppermachtig zou worden, met een machtig leger tegen hem opgetrokken en tot Frankfort aan de Main en Koblenz aan de Rijn gekomen, om zo Lotharingen in te trekken en Frankrijk te naderen.
En door dezelfden zal in Duitsland (waar ook de koning van Denemarken is) nog een leger ter bescherming van het Duitse Rijk bijeengebracht worden. En onze volkeren, die weer tot een goed leger aaneengegroeid zijn, verenigd met een groot deel Spanjaarden, die ook aan onze kant staan, zullen hier te lande hun best doen. Wij zullen hopen dat God met deze en andere middelen ons weer zal herstellen, temeer daar men zegt dat Zweden zich aanbiedt als bemiddelaar, hetgeen Frankrijk en Engeland ook aangenomen zouden hebben, zodat wij op een algemene vrede hopen en daarnaar uitzien.
Ik ben met mijn kinderen naar Hoorn gevlucht, achtende mijn vrijheid hoger dan mijn goederen, die ik alle in Gelderland en in Harderwijk heb moeten achterlaten. Die zijn door een plakkaat van de koning alle aan hem vervallen, zodat, wanneer God de zaken niet ten goede zal keren, ik een arm man ben. De Fransen hebben Harderwijk (alsmede de andere plaatsen aan de Zuiderzee) zeer versterkt. De wallen van onderen met palissaden en van boven met stormpalen. De stad hebben ze bezet met ongeveer 1600 soldaten en ruiters omdat het nu een frontstad is tegen die van Holland.
In de dagen dat Valckenier in Amsterdam van een tegenstander een medestander van Willem III werd, was er, naast de reeds genoemde Pieter de Groot, nog een Rotterdamse regent die een rol zou gaan spelen, Johan Kievit.
Johan Kievit
Johan Kievit moest vluchten omdat hij in het geheim via een tussenpersoon (Henry de Fleury de Culan, heer van St. Cyr Buat, een cavallerie officier in Staatse dienst) had onderhandeld met de Engelsen over de restauratie van de Oranjes. Kievit werd bij verstek ter dood veroordeeld. Kievit was een zwager van Cornelis Tromp, de held van Kijkduin e.a.
In 1672 schrijft Kievit een brief aan de Rotterdamse vroedschap met het dringende verzoek Willem III te steunen en hem weer toegang tot de vroedschap te verlenen. Hij stuurt deze brief op het goede moment, Oranjegezinde ervaren vroedschapleden zijn immers zeldzaan en dus wordt Kievit met een eresalvo aan de Hoofdpoort van Rotterdam ontvangen. Hij krijgt prompt het bericht dat Willem III zijn doodvonnis heeft vernietigd, mits de Rotterdamse vroedschap hier mee instemt. En de overgebleven vroedschap leden kunnen niet anders dan instemmen, want Kievit wordt nog steeds op handen gedragen door de schutterij.
Na de inval van de Fransen worden Rotterdamse schutters gelegerd in Schoonhoven en Goejanverwellesluis. De krijgstucht laat echter te wensen over, omdat de steun vanuit de vroedschap (nog) ontbreekt. In de vroedschap wordt nog steeds beraadslaagd of het zin heeft een dijk bij Moordrecht te versterken om aan Lodewijk te tonen dat het Rotterdam ernst is om zich te verdedigen, of toch maar niet, want het kost geld en binnenkort staat Lodewijk toch op de stoep en zal hij ontstemd zijn over die aangebrachte verdediging bij Moordrecht, een dilemma....
Men gaat eens polsen hoe men erover denkt in Gouda, onderweg komt de delegatie echter muitende Rotterdamse schutters tegen, die kort tevoren in de stad rellen hebben veroorzaakt omdat de stad niet verdedigd zou worden en er nu zelf de brui aangeven. Met getrokken sabels drijft de delegatie de schutters terug onder het roepen van bloode uylen.
Op 17 juni wordt de situatie verwarrend. Twee afgevaardigden van de vroedschap hebben de opdracht om geld te brengen naar de Rotterdamse schutters in o.m. Schoonhoven. Bij het verlaten van de stad via de Oude Hoofdpoort worden zij door de wacht tegengehouden. Slechts door de toevallige aanwezigheid van een compagnie cavalerie lukt het de 2 mannen om te vertrekken, wie was nu waar op tegen....
De belangrijkste tegenstanders van het geldtransport worden opgesloten, maar een paar dagen later weer vrijgelaten, wat een verwarring.....
De vroedschap is bijna kontinu in vergadering bijeen op het stadhuis, onder toezien van de bewapende (vijandige) schutterij, terwijl buiten een opgewonden menigte is te horen. En dus is het goed voor te stellen dat een aantal De Witt gezinde regenten de stad uitvluchten. Het overblijvende gedeelte van de vroedschap besluit weliswaar toe te zeggen om de stad te verdedigen, maar blijft zich verzetten tegen de opheffing van het Eeuwig Edict en dit wordt niet door de schutterij geaccepteerd. Een woedende menigte dreigt het stadhuis te bestormen om de vroedschap te dwingen het edict af te zweren. Een van de vroedschapsleden, Adriaan Hartman, een orangist nota bene, wordt zoo bang dat hij in het bed kruipt van de meid van de cipier, in de kelder van het stadhuis.
Ook hier, weten we nu, is sprake van een georganiseerde aktie, een voor een moeten en zullen de vroedschapsleden de eed afleggen ten gunste van Willem III. Ook zij die bekend staan als orangist worden bedreigd en moeten onder bescherming van gewapende schutters naar huis gebracht worden. Al snel wordt bekend dat 's avonds Pieter de Groot uit Den Haag naar huis zal komen, men wacht hem op bij de Delftsche Poort. Een zekere brouwer Jan Selkart weet de gemoederen te bedaren en onder begeleiding van een schutterij compagnie wordt Pieter naar huis gebracht. Op de Meent begint men echter te roepen Slaa dood den hond. De volgende dag beklaagt Pieter zich in de vroedschap hierover....en verklaart er genoeg van te hebben om zoo de stad en het land te moeten dienen. Hij laat zich overhalen voor nog 1 missie....
De volgende dag (28 juni), terwijl Pieter weer afgereisd is naar Den Haag, worden in Schiedam vroedschapleden op straat gemolesteerd. Dit veroorzaakt grote opwinding in Rotterdam, men begint met een grote Prinsenvlag te hijsen op de Schiedamsche Poort, de bevelvoerende officier is de grip kwijt op zijn mannen. In de stad wordt iedereen gevraagd Staats of Prins ? En natuurlijk roept dan iedereen Prins, vivat Oranje !!
Een grote menigte verzamelt zich op de Groote Markt en daar wordt Leonard van Naerssen aangewezen om de vroedschap te dwingen voor de Prins te kiezen, hij komt terug met de boodschap dat de vroedschap er vanmiddag over zal vergaderen. Dit wordt natuurlijk niet geaccepteerd, de vroedschap moet nu bijeen komen en nu een besluit nemen. In de verwarring, want we vatten natuurlijk heel wat samen, komt de vroedschap pas 's avonds om 21:00u bijeen, enkele vroedschapsleden willen er 's middags echter van door gaan en worden bij de stadspoorten herkend en naar het stadhuis opgebracht en daar onder bewaking gesteld. Burgemeester Pessers wordt echter ook verhinderd de vergadering bij te wonen en wordt ook de nacht erna in gijzeling gehouden, bang dat hij weer zou vluchten. Hem wordt zelfs een glas bier geweigerd.... Uiteraard kiest de vroedschap die avond voor de Prins.
Een delegatie gaat de volgende dag naar Bodegraven om het Willem III persoonlijk te vertellen, uiteraard bedankt de Prins de delegatie voor hun komst, een meegekomen burger roep hierna zoiets als Leve de Prins !!! Teruggekomen in Rotterdam wordt een afvaardiging naar Den Haag gestuurd om de Rotterdamse afgevaardigden in de Staten te informeren over de machtswisseling in de stad. Deze boodschap vanuit Rotterdam en het bezoek aan de Prins brengt ook in de Staten een omwenteling te weeg, de Rotterdamse ommezwaai (over de manier waarop geen woord natuurlijk) doet ook de Staten besluiten het Eeuwig Edict af te zweren en de Prins te benoemen tot Stadhouder.
Een aantal dagen later keert Pieter de Groot weer terug van zijn bezoek aan Lodewijk, naast de al eerder genoemde eisen vraagt Lodewijk ook om een jaarlijkse aanbieding van een penning als bewijs van erkentelijkheid voor het behoud van de onafhankelijkheid. Deze aanvullende eis wordt unaniem door de nieuwe uitgedunde Rotterdamse vroedschap afgewezen. De stad zal worden verdedigd, dat is de achterliggende boodschap.
Met dit besluit neemt de onrust in de stad echter niet af, na een vergadering in de Doele wordt besloten een afvaardiging naar de Prins te sturen om de stad te bezoeken, een gebruikelijke aanhankelijksbetuiging.
Bij het vertrek van de delegatie ontstaat onenigheid wie er mee mogen, in de verwarring voor het stadhuis duikt een verzoek op met vergaande eisen aan de vroedschap die onmiddellijk ingewilligd moeten worden. Zoo moeten een aantal vroedschapsleden onmiddellijk gevangen worden genomen en moeten alle onderhandelingen in de openbaarheid worden gedaan. Een aantal vroedschapsleden worden inderdaad gevangen gezet, de huizen van niet aanwezige vroedschapsleden worden aangevallen. En dan grijpt de Prins in, hij keurt de akties van de burgers af om de door hem al goedgekeurde vroedschapsleden nog verder te molesteren. De gevangen regenten moeten onmiddellijk worden vrijgelaten. Hij verzoekt tevens hem een delegatie te zenden en verzoekt tevens de heer Kievit weer volledig te rehabiliteren.
Op 10 juli vertrekt een delegatie naar de Prins, die heeft echter niet meteen tijd, ja hij heeft zelfs helemaal geen tijd (en zin), want de delegatie moet al lopend naast het paard met daarop de Prins zijn toespraak houden, toen de Prins de indruk had dat de speech ten einde was, gaf hij zijn paard de sporen, terwijl hij de delegatie toeriep, dat hij al dikmaals had laten zeggen, dat ik niet kan komen....
Een, ook in die tijd, zware belediging, maar Willem III had natuurlijk meer aan zijn hoofd.
De heren reizen maar weer terug naar Rotterdam, in gezelschap van de door Willem III zeer gewaardeerde, dus kundige vroedschap Willem Bisschop, die niet onder stoelen of banken heeft gestoken dat hij niet direkt tot het Oranje gezinde kamp behoord. Desondanks heeft hij, met lof van Willem III, de inudatie van de omgeving van Schoonhoven georganiseerd. Ze arriveren gezamenlijk in Rotterdam, waar Bisschop, samen met de anderen, bijna in hechtenis worden genomen, niemand weet meer precies wie is waar voor of tegen.
Bisschop vlucht de stad uit onder begeleiding van een gewapend escorte, en gaat natuurlijk bij Willem III zijn beklag doen. En dan moet Willem III wel optreden, zo'n gewaardeerde vroedschap zo laten beledigen. Willem stuurt een boodschap naar Rotterdam dat de gemelde heer Bisschop geduurende zijn absentie generhande ongemakken in zijn persoon, huis of goederen werden toegebragt.
De gemoederen komen door deze brief wat tot bedaren, weer heeft Willem III zich rechtstreeks gericht tot Rotterdam en dat maakt altijd indruk.....
Een paar dagen later wordt een pamflet verspreid en op bijv. de Vischmarkt opgehangen met de volgende tekst :
En dat in korten tijd
Of gij zijt u stad Rotterdam kwijt
Want gij hebt u in slaap laten wiegen
En in korten tijd zullen zij u bedriegen
Die gij weer hebt gezet op haar ouden stee
Die zijn den Franschman mee
Weer wordt gesuggereerd dat sommige vroedschapleden de stad zonder meer willen overdoen aan de Fransen. Opschudding ook in de stad als bekend wordt, dat een Rotterdamse schoenmaker een grote order heeft aangenomen voor de levering van schoenen aan Fransen in het veroverde Oudewater. De vroedschap van Oudewater had dit o.m. toegezegd aan de Fransen om plundering van hun stad te voorkomen. Dwars door de linies werd deze bestelling geplaatst in Rotterdam...... en geaccepteerd natuurlijk, schoenen zijn schoenen niet waar ??
Het Stadhuis van Rotterdam in 1675
LINK
Voor de zekerheid informeert de schoenmaker toch eens op het stadhuis..... De dienstdoende burgemeester zegt toe de te leveren schoenen t.z.t. te zullen opslaan in de kerk, onder de hoede van de diakonie en de stad te vertellen dat de schoenen niet voor de vijand zijn, of de schoenen ook werkelijk in Oudewater zijn aangekomen ??
En dan komt op 20 augustus 1672 het bericht van de moord op de broers de Witt. Kapiteins van de Schutterij komen bijeen in Herberg De Sleutels op de Groote Markt. Samen met toegestroomde burgers wordt een, we zouden nu zeggen, eisenpakket opgesteld : alle vroedschapsleden die niet duidelijk kiezen voor Willem III moeten opstappen, w.o. Pieter de Groot die echter allang naar Antwerpen is uitgeweken.
Om een lang verhaal kort te maken, heel veel vroedschapsleden treden uiteraard terug en Johan Kievit wordt zelfs, op 14 september 1672, benoemd tot pensionaris, als opvolger van Pieter de Groot. Maar, voor de verwarring, de plaats van Pieter de Groot in de vroedschap wordt wel open gehouden, je weet maar nooit ???
De burgerij zou tevreden kunnen zijn, maar op het beperkt aantal vrijgevallen vroedschapszetels zijn wel mensen terechtgekomen die niet vooraan hebben gestaan tijdens de relletjes en dus stellen een aantal ontevreden burgers, die eigenlijk zelf tot de vroedschap hadden willen toetreden een, wat later is genoemd, Calvinistisch Demokratisch Manifest op. Invloed van de burgerij op de vroedschap, dat is de kern van hun manifest, waarbij ook wordt vastgelegd dat alleen leden van de Gereformeerde Staatskerk zouden mogen toetreden.
Ook worden maatregelen voorgesteld om de te ontvangen vergoeding aan een bepaald maximum bedrag te binden, revolutionair, want het is gebruik dat de vroedschapsleden zelf hun inkomsten kunnen regelen door o.m. verpanding van allerlei funkties : de meest biedende aan de vroedschap krijgt een bepaalde funktie, bijv. een belasting commies, hoe die commies dan weer aan zijn geld komt, is zijn probleem, zie ons Costerman verhaal..... Ook mogen vanuit de vroedschap geen commissarissen meer worden aangesteld in de Kerkenraad. Als letterlijk sluitstuk dienen gekozen vroedschapsleden ter liefde van de stad en ten dienste van dezelve zullen doen gieten ieder een stuk metaal geschut, schietende ten minste ieder 12 pond ijzer, daarop staande des gevers wapenen, voorzien met beslagen affuiten en zijn toebehoren.
Het spreekt bijna vanzelf dat de nieuwe heren op het stadhuis deze, inderdaad revolutionaire voorstellen, naast zich neerleggen. Zij worden hierbij gesteund door een groot aantal, laten we maar zeggen, gematigde aanhangers onder de burgerij. De gematigden stellen zelfs een brief op, maar ook die brief wordt hooghartig beantwoord, de vroedschap is immers autonoom en hoeven zich van geen enkel advies iets aan te trekken, alleen het woord van de Stadhouder en de Staten telt en voor de rest zoeken zij het onderling wel uit.
Tevergeefs richten de Calvinististen zich ook met hun Calvinistisch Demokratisch Manifest tot Willem III en ook die reageert niet, inmenging van burgers in het bestuur is wel het laatste wat hij zou willen, een meegaand bestuur dat heeft hij nodig en daarom heeft hij immers het souvereine benoemingsrecht, op die manier kunnen hij en zijn opvolgers zeker zijn van de onvoorwaardelijke loyaliteit van de vroedschap, want een ambt levert immers heel veel aanzien en .......... geld op.
Johan Kievit blijkt zoo'n toegewijde aanhanger te zijn, die voldoet aan het hierboven geschetste profiel : aanzien en een meester in het aanboren van geldbronnen, niet ten bate van de stad natuurlijk......
Nog geen jaar heeft hij het ambt van pensionaris vervuld of hij wordt benoemd tot het financieel veel aantrekkelijker ambt van advokaat-fiskaal (hoofd van de douane) bij de Admiraliteit (LINK)
In 1678 wordt hij ook nog benoemd tot burgemeester, het gaat hem financieel zoo goed dat hij van de stad het in 1672 afgebroken Slot Honingen koopt, met de omliggende landerijen, om er een Speelhuis te laten bouwen.
Slot Honingen in 1645
En dan gaat het mis, want in 1686 komt voor Johan Kievit de catastrofe. Op het eind van het jaar 1685 zijn er knoeierijen ontdekt met de inkomende rechten. De commies-generaal van de convooien en licenten is op het spoor gekomen van een komplot tot ontduiking van de verplichte aangifte van ingevoerde koopwaren.
De Engelse koopman Nicolas Reve heeft nl. door het verswijgen van veel considerable packen ende balen met seer importante koopmanschappen het Gemeenelandt wegens desselfs gherechtigheydt grootelijcks gepriveert en dat nog wel met collusie, kennisse ende toedoen van verscheyde commisen ter recherche
Met tranen in de ogen over de inbeslagneming komt hij verklaren, dat hij een geruïneerd man is, hoewel hij toch met voorafgaande toestemming van drie commiezen gelost heeft. Maar de commies-generaal laat het er niet bij zitten en brengt de kwestie ter kennis van de Generaliteit, omdat het hem bekend is, dat de drie commiezen het laatste anderhalve jaar geen enkele "aanhaling" (inbeslagneming) hebben gedaan.
De Staten-Generaal benoemen een commissie van onderzoek, die verschillende leden van het Admiraliteitscollege tot de bekentenis weet te brengen, dat in Rotterdam groote frauden wierden gepleeght, wat hun een ernstige berisping bezorgd: hun eerste plicht is het immers juist, om toe te sien, dat 's Landt middelen soo enormelijck niet mochten werden gestoolen"
In Januari 1686 is de instructie zover gevorderd, dat er termen aanwezig worden geacht om de commiezen in Den Haag op de Voorpoort van het Hof gevangen te zetten. Daar er meningsverschil bestaat over de vraag, welk rechtscollege bevoegd is van hun zaak kennis te nemen, worden door de Staten-Generaal drie raadslieden van het Hof, twee van de Hogen Raad, twee van de Raad van Brabant en twee schepenen van Rotterdam aangewezen tot hun berechting.
Bij de verhoren leggen enkele raden van de Admiraliteit bezwarende verklaringen af, die o.a. leiden tot arrestatie van de advocaat-fiscaal : ......Kievit.
Kievit betoont zich meer verontwaardigd dan verslagen. Wat hij gedaan heeft, doet immers iedereen, die in de gelegenheid is zijn slag te slaan. Tijdens zijn gevangenschap schrijft hij, dat de andere raden van de Admiraliteit te Rotterdam zomin als hij engelen zijn en dat, zo men naar strengheid van recht en volgens de letter der instructie een onderzoek wil instellen, niemand hunner onschuldig bevonden zal worden : ja, de overleden raden ter Admiraliteit zouden dan, zo weinig als de leevenden, konnen worden vrijgesprooken.
Gedurende het onderzoek komt de volle omvang en algemeenheid van corruptie gaandeweg aan het licht. De rechters ervaren, dat de oogluiking der kommisen omtrent de sluikerijen niet alleen te Rotterdam, maar te Dordrecht, te Amsterdam, in 't Noorderkwartier, met één woord, door gantsch Holland en in de andere Vereenigde Gewesten plaats heeft; dat de kollegien ook de aangehaalde goederen niet verbeurd verklaren, gelijk 's Lands plakaaten vorderen, maar dat dezelven voor eene geringe somme werden vrijgegeven, zelfs na de verbeurdverklaring, of dat men zig deswege verdraagt met den koopman, dat verscheiden' kommisen en andere bedienden, om hunne ampten te bekomen of om verplaatst te worden, verscheiden' honderden, ja tot drie- en zesduizend guldens toe, hebben moeten opbrengen; dat de kommisen van 't scherp passen op hun beroep zeer werden afgeschrikt, omdat het hun dikwils kwalijk werdt afgenomen, of door de regeering der steeden of door de raaden ter Admiraliteit zelven, die hun om den koophandel te bevoordeelen, zoveel hulp niet bewezen als wel vereischt werdt, inzonderheid, wanneer zij aanhaalingen doen van eenig belang.
Door dit alles komt er van de heffing van convooien en licenten niet veel terecht. In Rotterdam worden hele scheepsladingen gesmokkeld, onder het voorgeven, dat de schepen alleen maar geballast zijn.
Van stadswege worden daar de commiezen verhinderd in het leggen van beslag en is er eenmaal beslag gelegd, dat worden de goederen meestal niet verbeurd verklaard of, zoo dit al gebeurd is, voor een gering bedrag vrijgegeven. Aldus beroofd van hun rechtmatig aandeel in de "aangehaalde" waren, grijpen de commiezen naar ongeoorloofde middelen om aan geld te komen.
Kievit van zijn kant wijt de misstanden aan de protectie bij de benoemingen, waardoor de Admiraliteit opgescheept wordt met een leger van onbekwame ambtenaren, die zig de handen laten vullen en door hun relaties in het Admiraliteitscollege hun praktijken ongestraft kunnen voortzetten.
Werd hij, Kievit, in het waarnemen van zijn ambt niet door dit ambtenarencorps gedwarsboomd, dan zou hij het land wel eens laten zien, dat de opbrengst van de douanetarieven met millioenen omhoogsprong, zonder dat de koophandel meer dan tot dusverre bezwaard werd.
Zonder een nader gedetailleerd onderzoek achten de rechters zich niet bevoegd uitspraak te doen in deze gecompliceerde kwestie.
Van de Staten-Generaal krijgen zij in 1687 een ruimere volmacht, krachtens welke het college op de Maze gesommeerd wordt tot uitlevering van de nodige bescheiden. Wat zij in deze authentieke stukken vinden, bevestigt de getuigenverklaringen in alle opzichten: de contra-rollen van de in beslaggenomen goederen zijn niet in orde, er zijn bladen uitgescheurd en andere op verkeerde plaatsen ingelast; sommige inventarissen hebben slot noch dagtekening, andere alleen maar één hoofd: meermalen zijn goederen vrijgegeven op een blote aanwijzing van de fiscaal of commies-generaal; de raden hebben zich emolumenten toegelegd boven hun instructie en 's Lands aandeel in de geconfiskeerde goederen is, na 1674, van jaar tot jaar teruggelopen.
Kievit's schuld aan dit alles is evident, zijn handhaving als advocaat-fiscaal uitgesloten. In Maart 1698 wordt hij eerloos en meineedig verklaard, voor altijd verbannen uit de Vereenigde Gewesten en veroordeeld tot betaling van het viervoud van het bedrag, dat hij zich onrechtmatig heeft toegeëigend.
Kort daarna koopt zijn dochter Debora hem voor f 20.000 uit de hechtenis los; zij is gehuwd met een zoon van de in 1628 te Rotterdam geboren Gouverneur-Generaal Cornelis Jansz. Speelman, die in 1684 te Batavia is overleden.
Haar zoon Cornelis verkoopt de opstal van Honingen in 1698 weer aan de stad.
De in Rotterdam geboren GG Speelman
Aad heeft op zijn eigen site een unieke pagina samengesteld met portretten en biografieën van alle Gouverneurs-Generaal van Nederlands-Indië, Nieuwsgierig ? Klik dan maar gauw even op deze link
Maar natuurlijk nog even terug naar de invloed van het rampjaar op de Nederlandse Geschiedenis : de Republiek was in deze periode op het hoogtepunt qua macht, vooral tijdens de jaren rond de invasie van Engeland in 1688 (LINK), The Glorious Revolution, daarna zette het verval in, samengevat in het volgende overzicht :
1688
The Glorious Revolution maakte Willem III ook Koning van Engeland, Schotland en Ierland
1697Vrede van Rijswijk. Einde van de Negenjarige Oorlog tussen de Republiek, Engeland en Frankrijk
1702Dood van Willem III. Oorlogsverklaring van de Republiek en Engeland weer aan Frankrijk.
1713
Inzet : de opvolging op de Spaanse Troon, de zogenaamde Spaanse SuccessieoorlogVrede van Utrecht. Einde Spaanse Successieoorlog. Gibraltar wordt Brits
1717Triple Alliantie tussen de Republiek, de UK (want Engeland en Schotland waren in 1707 verenigd) en Frankrijk. Beloofd wordt het Verdrag van Utrecht te respekteren.
1740Karel VI van Oostenrijk sterft. Maria Theresia, zijn dochter, wil hem opvolgen, maar hierover ontstaat een oorlog, de Oostenrijkse Successieoorlog
1744Frankrijk in oorlog met Engeland en Oosterijk. In de Zuidelijke Nederlanden vinden veldslagen vast,
1748
Citaat (LINK) :In april 1747 stuurden de Fransen zelfs troepen naar Zeeuws-Vlaanderen en namen Hulst, Axel en Sas van Gent in, puur om op Den Haag politieke druk uit te oefenen, weer was het land in rep en roer en dus kwam er weer een Oranje aan de macht. De tijden van de geniale Maurits, Frederik Hendrik, Tromp, Michiel de Ruyter en Willem III ( we noemen maar even de bekendste) waren echter voorbij. De beroemde nederlaag bij Fontenoy (11 mei 1745) van Britten en Nederlanders tegen de Fransen wordt gewijd aan de 'minderwaardigheid van de Staatse troepen'.
Vrede van Aken. De laatste keer dat de Republiek een serieuze rol kon spelen. Na de 4e Engelse Oorlog (LINK) was het definitief over met de macht van de Republiek
Tot slot voegen we nog deze fraaie prent toe uit ons Schotland verhaal met een schitterend gezicht vanaf de linkeroever van de Maas op Rotterdam:
1688
Een schitterende prent van de Maas ter hoogte van Rotterdam
op de oever aan de overkant
v.l.n.r. de Witte Poort, (de Wester Nieuwe Hoofdpoort) LINK
de St. Laurenskerk LINK
de Ooster Oude Hoofdpoort LINK
Links het Statenjacht van Willem III (let op de Oranje vlaggen) vertrekt uit Rotterdam op weg naar Hellevoetsluis
onder begeleiding van een Engels jacht rechts
We kregen de volgende terechte reaktie:
Leuke site, hoor! Edoch, weer typisch "Hollands": je hebt het over het Eerste Stadhouderloos tijdperk. Dat is toch onzin? Wij hier in Friesland (en ook in Groningen en Drente) hebben nooit een stadhouderloos tijdperk gehad! Waarom dat woord dan gebruikt?
Je ziet de term in elk in Holland verschijnend geschiedenisboek opduiken en de term deugt voor geen meter. Holland is toch geen Nederland? Het kost nu ook veel moeite om de huidige koninklijke familie te laten afstammen van Willem van Oranje, terwijl dat via Albertina Agnes toch niet zo moeilijk is. Maar ja, die trouwde naar Friesland/Groningen, derhalve niet interessant blijkbaar.
Wij Friezen ergeren ons altijd aan dat "hollandocentrisch" geschiedenisbeeld als het over de geschiedenis van Nederland gaat, net alsof de rest van Nederland, in de landelijke pers meestal aangeduid als "de provincie", er niet toe doet. Vandaar deze reactie.
Ynternet bliuwt in mirakel, benammen omdatst sa ferskuorrend gau reagearje kinst op wat der ferskynt!
Mei freonlike groetenis,
Liuwe van der Meer
Geinteresseerd in een historische rondleiding voor uw eigen groep(je) door Aad 'arcengel' Engelfriet, webmaster van deze grootste Nederlandstalige geschiedenis website, door o.m. een stad of streek in bijv. Nederland, België, Duitsland, Groot-Brittannië, Ierland en/of een historische lezing, publicatie, recensie:
Voor meer vrijblijvende informatie
aad@engelfriet.netWilt U eerst meer weten over Aad Engelfriet:
klik dan HIER
Terug naar Aad's homepage, met links naar al zijn verhalen |
---|
|
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|