Met Oudheid wordt over het algemeen die periode in de geschiedenis van een bepaalde cultuur bedoeld die begint met de introductie van het schrift en het ontstaan van een beschaving. In onze westerse cultuur bedoelt men daar vaak de periodes van het oude Nabije Oosten (ca. 3300 v. Chr. tot ca. 800 v. Chr.) en de klassieke oudheid (van ca. 800 v. Chr. tot 480 na Chr.)
Verscheidene culturen kennen een oudheid. De definitie wordt doorgaans vooral gebruikt voor de Oudheid van de westerse beschaving. Deze begon kort voor 3000 v.Chr. met de uitvinding van het schrift. De periode van ongeveer 600 v.Chr. tot 400 n. Chr. wordt de Klassieke Oudheid genoemd.
Ook andere culturen kennen een oudheid. Voorbeelden zijn de Chinese Oudheid, het Perzische Rijk, Java en Meso-Amerika. Het Oude Egypte en Mesopotamië worden vaak als voorlopers van de westerse beschaving beschouwd, maar ze worden niet tot de Klassieke Oudheid gerekend, omdat die term doorgaans alleen gebruikt wordt voor de geschiedenis van het Oude Griekenland en het Romeinse Rijk.
de afzetting van de laatste Romeinse keizer Flavius Romulus in 476, wat het einde van het West-Romeinse Rijk betekende. De instorting van dit deel van het rijk was overigens een veel langer proces, waar de Grote Volksverhuizing een belangrijke rol in speelde.
Het Parthenon (Oudgrieks: Παρθενών) was de tempel voor Athena Parthenos (de Maagd), die de beschermgodin was van het oude Athene, op de Akropolis. De tempel vormt het hoogtepunt van de Atheense bouwkunst in de klassieke periode van de vijfde eeuw v.Chr.
Asoka de Grote was de heerser van het Mauryaanse Rijk in India van 268 tot 231 v. Chr. Tot zijn rijk behoorde het grootste deel van het Indische subcontinent, van het huidige Afghanistan tot Bengalen en zo ver zuidwaarts als Mysore. Na een bloederige en gewelddadige overwinning op een naburige staat kreeg hij spijt van het leed dat hij met deze oorlog anderen had aangedaan, en bekeerde hij zich tot het boeddhisme.
Koning Asoka wordt in alle boeddhistische stromingen beschouwd als een grote promotor en beschermer van het boeddhisme. Hij wordt ook gezien als een vredesgezinde en rechtvaardige koning, die het beste met zijn volk voorheeft. Zijn invloed kan nu nog teruggevonden worden in de vlag van India, het nationaal symbool van India, en de vele stenen inscripties die door heel zijn oude rijk teruggevonden zijn.