iBet uBet web content aggregator. Adding the entire web to your favor.
iBet uBet web content aggregator. Adding the entire web to your favor.



Link to original content: http://nl.wikipedia.org/wiki/Alice_Powell
Alice Powell - Wikipedia Naar inhoud springen

Alice Powell

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Alice Powell op Oulton Park in 2009

Alice Powell (Oxford, 26 januari 1993[1]) is een Brits autocoureur.[2]

Twee jaar nadat ze leerde te rijden op zesjarige leeftijd, begon Powell haar carrière in het karting.[3] In 2009 was ze tweede in de Young Star Award tijdens de Women of the Future Awards.[4] Ze kreeg hiervoor de British Women's Racing Drivers Club GoldStars 'Elite' Category Award.[5] Powell was tijdens de vierde ronde van de Formule Renault BARC de eerste vrouw die een Formule Renault-race won in het Verenigd Koninkrijk.[4] Op zestienjarige leeftijd reed ze in het Michelin Formula Renault UK-kampioenschap, waarmee ze de jongste vrouw werd in een Formule Renault-race.[6] Powell werd in 2010 de eerste vrouw die een Formule Renault-kampioenschap won.[7]

Op 16 april 2012 werd bekend dat Powell in 2012 voor het team Status Grand Prix zal gaan rijden in de GP3 Series.[8] Zij is hiermee, na Vicky Piria en Carmen Jordá de derde vrouw in dit kampioenschap. Met één punt, behaald in de laatste race op het Autodromo Nazionale Monza, eindigde zij op de negentiende plaats in het kampioenschap.

In 2013 nam Powell deel aan de Formule 3, waar zij reed in de openingsronde van het Britse Formule 3-kampioenschap op Silverstone als gastrijder bij Mark Bailey Racing. Ook nam ze voor dit team deel aan de MotorSport Vision Formule 3 Cup, waar ze met vijf overwinningen als tweede eindigde achter Alex Craven. Aan het eind van het seizoen werd bekend dat ze terugkeerde in de GP3, waarbij ze in het laatste raceweekend op het Yas Marina Circuit haar landgenoot Melville McKee vervangt bij Bamboo Engineering.

In 2014 reed Powell in de internationale klasse van de Aziatische Formule Renault bij het FRD Racing Team. Zij won vier races op het Zhuhai International Circuit en een race op het Shanghai International Circuit en stond in vier andere races op het podium, waardoor zij kampioen werd met 242 punten. Dat jaar nam zij ook deel aan races in de MotorSport Vision Formule 3 Cup, waarin zij twee zeges op de Rockingham Motor Speedway behaalde, en de Britse Formule 3 bij Carlin, waarin zij in de openingsronde op Rockingham eenmaal op het podium stond.

Aan het eind van 2015 keerde Powell na ruim een jaar afwezigheid terug in de autosport toen zij deelnam aan het openingsweekend van de MRF Challenge op het Yas Marina Circuit. In alle races eindigde zij in de top 10 en met 9 punten werd zij achttiende in de eindstand.

Aan het eind van 2018 maakte Powell een nieuwe comeback in de autosport na een afwezigheid van drie jaar. Zij nam deel aan het eerste raceweekend in de elektrische toerwagenklasse Jaguar I-Pace eTrophy, waarin zij als gastcoureur deelnam in de VIP-auto. Zij eindigde de race op de vijfde plaats. In 2019 werd zij benoemd als coureur in het eerste seizoen van de W Series, een kampioenschap waar alleen vrouwen aan meedoen. In de eerste twee raceweekenden op de Hockenheimring en het Circuit Zolder behaalde zij twee podiumplaatsen.

  1. Biografie
  2. "Alice Powell, 17, hoopt F1's vrouwelijke Lewis Hamilton te worden", The Times, 16 februari 2010. Gearchiveerd op 15 augustus 2019. Geraadpleegd op 16 april 2012.
  3. "F1 is Alice' wonderland", The Oxford Times, 24 juli 2010. Geraadpleegd op 16 april 2012.
  4. a b "Award voor tienerautocoureur", BBC, 13 november 2009. Geraadpleegd op 16 april 2012.
  5. "Vrouwelijke autocoureur onderscheiden", BBC, 19 januari 2010. Geraadpleegd op 16 april 2012.
  6. "Alice Powell uit Gloucestershire zet nog een record", BBC, 10 mei 2010. Geraadpleegd op 16 april 2012.
  7. Alice Powell wint Formule Renault BARC-titel. Girlracer (19 oktober 2010). Geraadpleegd op 16 april 2012.
  8. Status Grand Prix bevestigt Alice Powell. gp3series.com. GP3 Series (16 april 2012). Gearchiveerd op 2 november 2013. Geraadpleegd op 16 april 2012.